Eerst pragmatisme, dan passie. Die volgorde verachten velen als het gaat over relaties. Toch kan ze werken, zo blijkt uit Married at First Sight, een tv-programma waarin mannen en vrouwen 'op basis van wetenschappelijke kenmerken' voor het altaar gebracht worden. Artikel van Femke van Garderen voor De Morgen.
"De wetenschap maakt grote afstanden steeds kleiner en brengt mensen over de hele wereld steeds dichter bij elkaar. Kan ze ons dan niet bij de ideale partner brengen?" Met die teaser probeert VTM kandidaten te vinden voor een Vlaamse versie van Married at First Sight. In dat Deense format worden singles door sociologen, psychologen en seksuologen gescreend en op basis van hun achtergrond, persoonlijkheid, normen en waarden gekoppeld. Elkaar ontmoeten doen ze pas voor het altaar, waar meteen de ringen aan de vingers geschoven worden. Anderhalve maand later moeten de newlyweds beslissen: samenblijven of scheiden. Het programma bleek niet alleen in Denemarken, maar ook in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk een kijkcijfertopper. Ook wat het aantal succesvolle koppels betreft, was het tot nog toe geen flop: verschillende paren zijn vandaag, jaren na de opnames, nog steeds samen. "Het gaat bij partnerkeuze niet altijd en alleen om grote gevoelens", verklaart Alfons Vansteenwegen, professor emeritus seksuologie (KU Leuven) en auteur van de bestseller Liefde is een werkwoord. "Je tot elkaar aangetrokken voelen is nodig in een relatie, maar dat is slechts één kant van het verhaal. Er is ook een beargumenteerde kant. Je zult over bepaalde zaken moeten overeenkomen. En des te meer gelijkenissen je met je partner hebt, des te makkelijker dat kan gaan", vertelt hij. Volgens hem kan een relatie starten vanuit het verliefde gevoel, maar ook vanuit de ratio. "Belangrijk is dat je uiteindelijk een evenwicht vindt." Of je die zult vinden, valt niet te voorspellen, meent hij. "Ook niet via een tv-format."
Praktisch
Een gearrangeerde relatie wordt in het Westen vreemd bevonden. Maar dat zoiets kan marcheren, bleek wel al uit onderzoek. In 2005 verscheen er in Journal of Counseling and Development een studie die stelde dat de mate van tevredenheid bij partners uit geplande huwelijken uit India niet verschilt van die uit Amerikaanse huwelijken waarvan liefde de basis is. Onder meer de Amerikaanse psycholoog Robert Epstein zoekt al jarenlang uit hoe het komt dat er liefde kan voortvloeien uit gearrangeerde huwelijken. In The Atlantic vertelt hij dat het mogelijk te maken heeft met de praktische ingesteldheid. "De echtgenoten gaan ervan uit dat ze inspanningen moeten doen voor die liefde, en dat die zo zal groeien over de jaren heen. Dat maakt dat ze elkaar lange tijd door dik en dun steunen en dat ze beter voorbereid zijn op moeilijke periodes." Dit soort engagement zou minder aanwezig zijn als je je, zoals in het Westen, vaak de vraag stelt: 'Kan ik nog iemand beter vinden?' Professor Vansteenwegen herinnert eraan dat huwelijken zo'n honderd jaar geleden in ons land ook veel meer geregeld werden en dat het vinden van een soulmate veel minder speelde. "Het was toen vooral zaak van te overleven. Een man zorgde voor brood op de plank, de vrouw voor de kinderen." Nu die man en die vrouw elkaar niet meer nodig hebben, slaat de slinger de andere kant uit, vult Rika Ponnet aan. Het zijn de gevoelens die veel centraler staan. "Mij lijkt dat geen slechte zaak."
Trouwen als experiment, zoals ze bij VTM willen doen, daar is Ponnet allesbehalve voorstander van.Ze werd zelf gevraagd om deel uit te maken van het expertenpanel, maar weigerde. "Dat je elkaar leert kennen op deze manier vind ik een goede zaak. Het kan zijn dat zo'n voorselectie tot liefde leidt. Maar meteen huwen, dat vind ik een devaluatie." The proof of the pudding is in the eating, meent Ponnet. "Zo'n match werkt zolang er bij beide partners ook emotionele en seksuele bevrediging is. Blijven die achterwege, dan lonkt de breuk."