In 1995 waren singles nog alleenstaanden. En eenzaam en zielig. ‘Ik ben vaak in mijn pen gekropen als een journalist weer eens clichés rondstrooide', vertelt Rika Ponnet. ‘Ik heb eerst in een relatiebureau in Brussel gewerkt. Het beeld in de media klopte niet met de mensen die ik voor mij zag.'
Twintig jaar geleden was het taboe op relatiebemiddeling ook groot.
‘Ja. Je had contactadvertenties en een aantal louche organisaties. Relatiebemiddeling was een thema voor Jambers of voor artikelenreeksen in de krant, altijd in dezelfde sfeer. Men bekeek ons ook vaak als een escortservice. Bij de btw werden we trouwens onder dezelfde rubriek ingeschreven. (lacht) We kregen ook veel commentaar. Het is geldklopperij. Op café hoorde mijn man (Mark Boeykens, met wie Rika Ponnet samen het bureau oprichtte, nvdr) : jij teert op de miserie van anderen. Terwijl wij het juist anders wilden doen.'
Voelden jullie dat er mensen waren die blij waren, die zeiden; eindelijk is er een plek waar ik naartoe kan.
‘Ons doelpubliek had vrij snel door wat wij te bieden hadden. Er waren er inderdaad die het zo formuleerden. ‘Goed dat dit bestaat.' In het begin waren mensen wel vaak nog wantrouwig. Ze wilden het wel proberen, maar je voelde de onzekerheid.'
Enig idee hoeveel mensen je geholpen hebt in 20 jaar?
‘ Ik denk dat ik rond de 25.000 mensen heb gezien. Ongeveer de helft daarvan vindt iemand. Het gaat niet altijd om de liefde van hun leven. er zijn intussen ook alweer gescheiden. Maar ik denk toch dat we zo'n zesduizend stellen hebben samengebracht. Dat geeft een goed gevoel. Die mensen doen het natuurlijk zelf, maar je weet: zonder ons hadden zij elkaar nooit leren kennen.'
Is je vaardigheid om te matchen gaandeweg verfijnd?
‘Zeker. We benaderen relaties vandaag anders. Gingen we vroeger uit van gelijklopende interesses, dan ben ik nu meer bezig met de emotionele connectie tussen mensen. Sommigen denken: als we genoeg dingen samen doen, komt er een connectie. Maar zo is het niet. Er is éérst een connectie. die kun je versterken door dingen samen te doen.'
Je hebt een diploma Germaanse. Hoe ben je op dit pad geraakt?
‘Toevallig. Al solliciterend. Ik heb even lesgegeven. Ik begreep snel dat dat niets voor mij was. Toen ik de advertentie zag van een relatiebureau , leek me dat wel iets. Na anderhalf jaar zijn Mark en ik op onszelf begonnen. Als je terugblikt, lijkt dat gekkenwerk. We waren 25 jaar, nog niet lang samen...'
En als 25-jarige krijg je 40-jarigen over de vloer.
‘En veel ouder! Ja, ik zeg dat soms. Ik zou nooit iemand aanwerven van die leeftijd. Maar de mensen pikten dat toen wel. Ik denk dat mijn enthousiasme mensen overtuigde. En dat ik een zekere maturiteit had.'
Vandaag kun je zeggen dat je op vlak van partnerkeuze en relaties een van de autoriteiten bent in Vlaanderen.
‘Dat klinkt pretentieus. Maar als ik erover nadenk... Over partnerkeuze klopt het wel. Door de positie waarin ik me bevind. De meeste therapeuten zien mensen in een later stadium van hun relatie, als het vastloopt . Ik sta al twintig jaar aan de start van relaties, op het moment dat mensen voor elkaar kiezen.'
Doe je het nog graag?
‘Ja. Ik blijf het graag doen. De mens is een vindingrijke soort als het op relaties aankomt. Het is altijd weer anders. Het is ook heel intens. Als je ziet op welk niveau ik gesprekken heb met mensen... Ik denk dat ik veel andere jobs saai zou vinden. Al wordt het soms ook wel veel. Ook in mijn vrije tijd heb ik snel het gevoel dat ik aan het werken ben. Omdat mensen snel hun verhaal vertellen. Dat heeft wellicht te maken met mijn manier van vragen stellen. Als ik op de trein een gesprek begin, ben ik zo weer over die persoon zijn relationeel leven bezig. Dan denk ik: hoe ben ik hier weer in beland?' (lacht)
Waarin onderscheiden jullie je vandaag van de concurrentie?
‘In tijden van online daten en apps zijn wij een rustige haven. Ons succes heeft te maken met de vele uren dat wij bezig zijn met mensen. En met de ervaring . Mijn medewerkster zei eens: zij hebben misschien een mooie site, maar ze hebben Rika niet. Dat was een mooi compliment.'
Doe je nog twintig jaar erbij?
‘Ik wil nog heel lang werken. Misschien niet enkel dit. Hoewel. Ik zeg altijd: in het bejaardentehuis zal ik nog consultaties houden. '