4 op 10 singles voelen zich niet erg thuis in hun woning

26 september 2013

Singles en hun thuisgevoel, het is geen evidente relatie. Hoewel een thuis belangrijk is en alle singles ook genieten van de vrijheid die ze er hebben, zouden velen zich meer thuis voelen mét een partner erbij. Vooral jongere singles voelen de nood om thuis te kunnen komen bij een partner. Dat blijkt uit onderzoek van kenniscentrum ILIV. Artikel in Het Laatste Nieuws

 

Voor het onderzoek werd een online bevraging gehouden bij een steekproef van 2.000 mensen, representatief voor de Belgische populatie van 18-plussers. Alle verdere analyses werden gedaan bij singles die het huis van hun ouders verlaten hadden en dus alleen woonden.
Van de ondervraagden bleek 20 procent vrijgezel te zijn. 20 procent van hen was jonger dan 30 jaar, 35 procent van hen had nog nooit een lange vaste relatie. Zelfs bij de singles die ouder waren dan 50, had 15 procent nog nooit een lange relatie.

Thuisgevoel
Voor koppels en gezinnen draait een thuis in de eerste plaats om de mensen die er wonen. Zijn singles daarom minder gelukkig thuis? Zo lijkt het wel. Hoewel alleenstaanden een thuis heel belangrijk vinden, voelt slechts 59 procent zich erg thuis. Bij wie wel een partner heeft, is dat 68 procent. 10 procent van de singles zei zelfs niet graag thuis te zijn. Single zijn heeft natuurlijk ook voordelen: zo zegt 98 procent het zalig te vinden om te kunnen doen wat ze willen thuis, wanneer ze dat willen.

Jongere singles
Opvallend was ook dat vooral jonge singles zich minder geborgen voelen in hun huis en meer ontspanning zoeken buitenshuis. Zij zijn ook minder graag thuis (22 procent) dan de iets oudere alleenstaanden (6 procent van de 50-plussers). Dat geldt ook voor wie kinderen heeft.

ILIV legde de resultaten voor aan Rika Ponnet, seksuoloog en relatiedeskundige van Duet relatiebemiddeling. "Kinderen kunnen het gemis van een partner niet helemaal goedmaken. Het gemis aan seksualiteit en intimiteit blijft. Daarnaast kan je bij je kinderen nu eenmaal niet met alles terecht. Bovendien hebben vele alleenstaande ouders co-ouderschap, waardoor het huis ook de helft van de tijd leeg blijft."

Oudere singles
Toch voelt niet iedereen het ontbreken van een partner aan als een gemis. Vooral oudere singles voelen zich goed thuis zonder partner. Een ruime helft van de singles van 50 jaar of ouder, geeft zelfs aan dat hun huis met een nieuwe partner erbij niet langer als een thuis aan zou voelen.
Wie jong is en alleenstaand, voelt het gemis van een partner het sterkst. 65 procent geeft toe dat hun huis méér op een thuis zou lijken met een partner erbij.
"Hoe ouder de single, hoe kleiner de nood aan een partner. Bij sommigen is dat uit zelfbescherming, bij anderen - vooral vrouwen - omdat ze erg van hun vrijheid genieten. Deze SWOF-ties (Single Woman Over Fifty) genieten volop van het leven en beleven zelfs een tweede jeugd.", aldus Rika Ponnet.

Man vs. vrouw
Wat thuisgevoel, geluk of de nood aan een partner betreft, hebben mannelijke en vrouwelijke singles veel gemeen. Waar ze wel anders in zijn, is in hoe ze hun thuis ervaren en welke invulling ze eraan geven.
Zo hebben vrouwelijke singles meer huisdieren, en verzamelen ze meer spulletjes om zich heen. Mannen zullen sneller overgaan tot een speeltje als een home cinema, en beschouwen hun woning verder - meer dan vrouwelijk singles - enkel als een dak boven het hoofd, of een verblijfplaats.

Huren
Bijna een op de twee singles bleek huurder van hun huis te zijn. Bij koppels is dat slechts een op vijf. Oudere singles zijn wel vaker eigenaar van een woning dan de jongere vrijgezellen.
Ten slotte bleek ook dat singles minder bezoek ontvangen dan koppels of gezinnen: 46 procent tegenover 59 procent. Dat is wel iets anders bij jongere singles: 60 procent van de singles onder 30 jaar ontvangt vaak bezoek, 50 procent van de dertigers en veertigers doet dat ook. Slechts 30 procent van de singles boven 50 jaar ontvangt graag bezoek.