WARM AANBEVOLEN >> Tweedaagse voor singles die opnieuw willen uitreiken!
20 februari 2024
WARM AANBEVOLEN! Samen met Kathleen Tobback organiseert collega Catherine een tweedaagse voor singles op 22 en 23 maart in Mechelen. Spread the word!
11 april 2023 Column Dagblad
Hoe een ongeneeslijke ziekte de moeizame relatie tussen dochter en moeder kan veranderen. Rika Ponnet ziet in haar praktijk dat dementie soms ook muren kan afbreken en een vorm van bevrijding en heling met zich meebrengt. Als onze ratio niet langer bepaalt wie we zijn.
Column voor Het Nieuwsblad
Hoe lang ze al op gesprek komt, weten we niet meer. Of ik haar stilaan niet opgegeven heb, een hopeloos geval. Dat het haar kijk is, niet de mijne, zeg ik. Dit uur vandaag, deze plek, komt haar toe. Ze nestelt zich in het zitje en kijkt naar buiten, een gewoonte. Ze wil vandaag iets nieuws en wonderlijk met mij delen. Over haar moeder.
Ze glimlacht want merkt zijdelings mijn opgetrokken wenkbrauw. De moeder, ging het daar al niet elke keer over? De schuldinductie: je bent er niet voor mij. De affectieloosheid: een lichaam als een muur, onkus- en knuffelbaar. Het moeten en niet mogen. Het hoofd, de ijzeren wilskracht, gebeten en verbeten. En het willoze lichaam, ten dienste van, nooit doorvoeld, nooit genoten. De moeilijkheid voor haar als dochter om bij die moeder te geraken. De moeite altijd weer om toch de best mogelijke dochter te zijn. Dit patroon herhaalde zich ook telkens weer in haar liefdesleven. Beginnende dementie zette dit nog meer op scherp. Er volgde veel gesprekken om uit dat spanningsveld te geraken, richting acceptatie van wat is en niet te veranderen valt.
Ze vertelt over een wonderlijke plek vol licht en warmte. Haar eerste bezoek aan het woonzorgcentrum waar haar moeder nu verblijft. Door het grote venster zag ze een groepje oude mensen, dansend en zingend, en in het midden zij. Ze was gebiologeerd blijven staan. Bijna lichamelijk wist ze dat ze ooggetuige was van iets onwaarschijnlijks. Haar dansende moeder van 85 bewoog als het meisje dat ze ooit ongetwijfeld was. Opnieuw vrij en bevrijd. Van een patriarchale, sturende blik. Van sociale en religieuze conventies en het geïnternaliseerde, inperkende waardenkorset. Goed en kwaad. Het moeten en doen. Ze danst met een uitgelaten blik en een vrije lach. Ze is alleen lichaam, belichaamd gevoel, genietend, in het moment. En ineens kruist hun blik, ze ziet, herkent, lacht en danst verder, in volle overgave. Het kind, het meisje, de vrouw, de minnares, de moeder, de oma zoals ze ook bedoeld was te zijn.
Ze kruist haar benen en kijkt mij aan, weg van de tuin aan mijn praktijk. Alle emotionaliteit waarmee ze het verhaal doet, straalt uit haar ogen. De magie van het moment hangt ook in mijn ruimte. En dan mijn vraag, wat het met haar deed. En het antwoord. Hoe ze op haar knieën was gaan zitten, gehuild en gelachen had en ook het gevoel dat een zwaarte die ze altijd al meedroeg ineens verdwenen was. Ze was naar binnen gegaan en voor de allereerste keer in haar leven zag ze haar moeder gelukkig. En hoe ze daar in die ruimte van licht en lucht de plicht om haar gelukkig te maken, kon afleggen. Ze zegt het met schroom. Hoe dankbaar ze is. Voor de plek. Maar ook voor dementie. En hoe ze nu ook anders kan kijken naar al wie het heeft. Ze ziet niet langer alleen de beperking, maar ook de bevrijding. Misverstand in al zijn gelaagdheid: de ratio die er niet meer is, wordt gemist. Het misverstand dat die ratio ons maakt tot wat we zijn. We daardoor al die andere lagen negeren die zich onverwacht, soms confronterend-spiegelend, maar ook zintuigelijk bevrijdend tonen. Niet de lach van de dwazen. Maar van wie vrij is.