WARM AANBEVOLEN >> Tweedaagse voor singles die opnieuw willen uitreiken!
20 februari 2024
WARM AANBEVOLEN! Samen met Kathleen Tobback organiseert collega Catherine een tweedaagse voor singles op 22 en 23 maart in Mechelen. Spread the word!
20 juli 2022 Dagblad
De was en de plas, die zijn in 2022 nog steeds vaak voor de vrouw. Het viel de Franse TikTokster Manon op en studies bevestigen het. Maar dat betekent niet dat je het zomaar moet accepteren.
Het Nieuwsblad - Tekst: Sofie Geudens
De frustratie was groot bij de Franse twintiger Manon. Op TikTok lanceerde ze een reeks filmpjes waarin ze twee weken lang alle huishoudelijke taken die ze deed filmde. Na die twee weken confronteerde ze haar 23-jarige vriend, die moest toegeven dat hij geen idee had dat zijn vriendin zoveel werk verzette in het huishouden. “Als ze vraagt of ik de vaatwasser wil uitladen dan doe ik dat. Maar het kwam gewoon niet in mij op om dat te doen”, klonk het. En zelfs als ze de taken beter verdeelden en er bewuster mee omgingen, bleek Manon aan het einde van de rit nog steeds meer uren te spenderen aan het huishouden.
Een fenomeen dat al door heel wat studies bevestigd werd, maar ongetwijfeld ook bekend in de oren klinkt bij heel wat vrouwen. Vraag aan sociologen wat de oplossing is en je krijgt steevast het antwoord dat het een structureel probleem is. Denk aan de loonkloof, ouderschapsverlof, betaalbare kinderopvang, flexibele arbeidsuren,... Een maatschappelijk probleem dus. Eentje dat we niet zomaar opgelost krijgen. “De economie heeft een grote invloed op die verdeling van de huishoudelijke taken. Dat klopt. We zitten met maatschappelijke normen en we moeten aanvaarden dat die traag veranderen. Maar dat betekent niet dat we ons er zomaar bij moeten neerleggen”, zegt Simonne Vandewaerde, onderzoeker aan het Kenniscentrum Gezinswetenschappen (Odisee).
Begin daarom bij het begin: bespreek het. En doe dat op een ‘geweldloze manier'. Relatietherapeute Vanessa Muyldermans legt uit: “Zeg niet: ‘Ik heb weer alles gedaan.' Dat is eerder agressief en motiveert niet. Daar geraken we niet mee vooruit”, zegt ze. “Laat aan je partner weten dat je het gevoel hebt dat je veel in het huishouden hebt gedaan. Dat gevoel is belangrijk. Waarom voel je je zo?
Inhoudelijk zeg je hetzelfde, maar bij een mildere verwoording gaat de andere partner zich meer geroepen voelen om bij te dragen”, zegt ze. “Als er in het verleden wel een moment was waarop het beter ging, kan je dat ook benoemen. ‘Ik heb het gevoel dat het wat minder was de voorbije week. Vorige maand ging het beter, dat vond ik fijn.' Laat je partner zeker weten dat hij/zij je daarmee geholpen heeft.”
Praktisch raadt Muyldermans aan om elke week een moment in te lassen om te overleggen. “Bekijk wat de terugkerende taken zijn, wat er die week nog extra op de planning staat, hoe het zit met het werk,... En kijk wie welke taken die week op zich neemt. Op die manier voelen beide partners zich er oké bij”, zegt ze. “Pak er eventueel een aperitiefje bij en maak er ook ineens een koppelmoment van waarbij je ook andere dingen met elkaar kan delen.”
Laat tijdens zo'n bespreking ook ‘het gender los', zegt Vandewaerde. “Hou je niet per se aan de typische mannen- en vrouwentaken: mannen doen de tuin, vrouwen de was. Er zijn ook veel vrouwen die liever in de tuin werken of mannen die wat meer voor de kinderen willen zorgen”, zegt ze. “Laat ook de taken zelf los. Vrouwen zijn vaak poortwachter voor hun typische taken, net zoals mannen voor die van hen. Je beseft het vaak niet. Er zijn altijd dingen die je zelf wil doen omdat je denkt ze beter te doen. Dat is ook een vorm van macht”, zegt ze. “Die maatschappelijke normen zitten er diep in. Je moet ze niet accepteren, maar wees mild voor elkaar. Oefening baart kunst. Niemand kan van de eerste keer goed strijken.”
Een exact evenwicht is volgens de experten ook niet per se nodig. “Er is de ‘oude maatschappij' waarin meestal de vrouwen het huishouden deden. Maar nu heb je ook een nieuwe visie op gelijkheid in het huishouden en daarbij zie ik zelfs koppels die het exact aantal uren tellen waarin beide partners op de kinderen hebben gelet. Moet dat?”, zegt Muyldermans. “Misschien kan de ene iets beter dan de andere, of vindt de ene het leuker om wat meer te doen dan de andere? Dat evenwicht moet niet altijd fiftyfifty zijn. De ene kan deze week wat meer doen en de andere partner op een ander moment. Als dat voor jullie werkt, is dat ook een goed evenwicht.”