WARM AANBEVOLEN >> Tweedaagse voor singles die opnieuw willen uitreiken!
20 februari 2024
WARM AANBEVOLEN! Samen met Kathleen Tobback organiseert collega Catherine een tweedaagse voor singles op 22 en 23 maart in Mechelen. Spread the word!
22 januari 2024 Column Magazine
Filip en Sara zijn dertien jaar getrouwd. Twee jaar geleden kreeg Sara huidkanker. Ze is goed hersteld, maar door Filips houding in die periode stelt ze hun huwelijk in vraag.
Column voor Libelle
Zij
Sara (40): “Ik leerde Filip kennen bij de loopclub. We reden vaak samen naar wedstrijden en hadden fijne babbels. Zijn rustige standvastigheid trok me aan en hij kon goed luisteren. Ik ben veel minder relaxed. Ik ben nogal een pietje precies en heb graag controle over de dingen. Bij Filip steekt het allemaal minder nauw. Dat zorgde in ons huwelijk altijd wel voor discussie. Ik plan graag en wil het huis op orde hebben. Structuur geeft me mentale rust. Filip begrijpt dat niet, en vindt dat ik hem commandeer. Zodra ik er iets over zeg, gaat hij lopen, letterlijk, of begint hij te klussen in de tuin. Alles om weg te zijn dus. Dat geeft mij een slecht gevoel. Ik word boos en vaak eindigt het met ruzie. Ik voel me ook vaak eenzaam en heb dan de neiging om nog meer te poetsen, wat hij dan weer als ziekelijk afdoet. Vroeger gingen we vaak samen lopen, dan maakten we altijd plezier. Door een rugprobleem kan lopen niet meer, en er is niets in de plaats gekomen. Maar als ik daarover iets zeg, voelt Filip zich aangevallen. Iets leuks delen, is moeilijker geworden. Toen twee jaar geleden bij mij kanker werd vastgesteld, haalde dat me volledig onderuit. Ik heb me echter snel herpakt, vanuit de overtuiging dat doodgaan geen optie is. We hebben twee jonge dochters, er is nog zoveel dat ik wil doen en meemaken. Filip bleef in die moeilijke periode zijn rustige zelve. Dat irriteerde me na verloop van tijd mateloos. Ja, de prognose was goed en ja, ik reageerde goed op alle behandelingen, maar het is en was kanker. Als ik er nu op terugkijk, heb ik alles alleen gedragen: de chemo, het huishouden, de kinderen. Ik voelde me van de chemo meestal niet zo ziek, maar soms wel. En die ene keer toen ik me zo misselijk voelde en hij toch naar het doopfeestje van vrienden ging, vergeet ik nooit. Oké, hij vroeg of hij moest thuisblijven en natuurlijk zei ik ‘nee, ga maar’, maar de eenzaamheid die ik daarbij gevoeld heb, is onbeschrijfelijk. Nu alles opnieuw zijn gewone gang gaat, merk ik pas hoe wij omgaan met elkaar en hoe weinig echte betrokkenheid er tussen ons is. We leven naast elkaar. Door de kanker kijk ik ook op een andere manier naar het leven. Ik wil iets anders: ik wil voelen dat een partner er echt is voor mij en dat hij zijn gevoelens ook kan delen. Ik probeerde al een paar keer met hem te praten, maar het is ongemakkelijk en we belanden vaak in ruzies. Ik voel dat mijn emmer met frustraties stevig gevuld is. Zo leven, zie ik niet zitten. Misschien zijn we gewoon te verschillend en heeft kanker me dit duidelijk gemaakt.”
Hij
Filip (39): “Toen ik Sara leerde kennen, was ik al een aantal jaren alleen. Ik had nog nooit een lange relatie gehad. Het klikte tussen ons: we deelden veel dingen, en dat schiep een band. Ze waardeerde wie ik was. Vroeger kreeg ik vaak te horen dat ik te gesloten was, te stil, maar zij vond dat net fijn. Ik dacht dan ook dat ik voor Sara goed genoeg was zoals ik ben, maar nu lijkt dat echt anders. Het lijkt wel alsof ze me totaal niet nodig heeft. Het enige wat ik te horen krijg, is wat ik níét doe, hoe ik níét genoeg voor haar ben. Omdat ik niet hou van ruziemaken, ga ik dan iets anders doen, dat klopt. Ik hoop dan altijd dat de lucht geklaard zal zijn als ik terugkom, maar heel vaak is ze nog bozer. Ze duwt me weg. ‘Ga maar lopen’, zegt ze dan, maar als ik het doe, is de reactie nog heftiger. Gek word ik ervan! Ik weet dat de laatste jaren moeilijk zijn geweest voor haar. Kanker is een vreselijk verdict en de behandelingen zijn geen pretje. Maar we zijn erdoor nu, ons leven kan verdergaan. Waarom moeten we daar nog in blijven hangen? Ze verwijt me dat ik er niet was voor haar. Dat begrijp ik nu wel. In plaats van te vragen of ik niet van die babyborrel zou thuisblijven, had ik beter gewoon gezegd: ‘Ik blijf bij jou.’ Maar dat betekent niet dat ik niet met haar of haar pijn bezig was. Natuurlijk zat ik in met haar, maar ik had het gevoel dat ze liever alleen naar het ziekenhuis ging en dat ze met rust gelaten wilde worden. Dat respecteerde ik. In het begin probeerde ik wat taken in het huishouden over te nemen, maar dat ergerde haar. Ze zei dat ik een kluns was, dat ze het beter zelf deed. Dat probeer ik dan twee keer, maar een derde keer haak ik af. Veel van wat er tussen ons gebeurt, herken ik van bij haar thuis. Haar moeder geeft ook de hele tijd kritiek. Het is nooit goed genoeg. Ook mijn moeder was dominant. Zij bepaalde wanneer er gegeten werd, wat mijn vader droeg, waar we op reis gingen. Mijn vader zweeg en paste zich aan, wat ik nu eigenlijk ook doe. Ik hoop dat het tussen ons anders kan. Ik ben misschien niet de grote prater of gevoelige man, maar ik meen het wel goed. Sara stelt sinds haar ziekte álles in vraag, en ons als koppel nog het meest. Ik mis hoe we vroeger waren, het gevoel dingen te delen en elkaar te begrijpen zonder woorden. Ik wil gerust geduld oefenen tot Sara weer goed in haar vel zit, want ik begrijp dat je tijd nodig hebt om van kanker te bekomen. Maar dat ze ons huwelijk in vraag stelt, begrijp ik niet. Je leest vaak dat ziekte mensen dichter bij elkaar brengt, maar zij wil dat precies niet meer.”
Hoe moet het nu verder?
Relatietherapeute Rika Ponnet: “Kanker heeft de relatie tussen Filip en Sara niet alleen onder druk gezet, maar heeft ook de oorspronkelijke dynamiek versterkt: Sara is erg aanwezig, Filip erg afwezig. Dat is geëvolueerd naar een aanvallende, cynische Sara, die Filip passiviteit verwijt en een gebrek aan steun tijdens haar ziekte. Ze trekt dit door naar zijn houding thuis, naar haar regels rond orde die hij niet respecteert. Hij zwijgt en zucht, wat haar woede nog aanwakkert. ‘Wat ik ook zeg, het doet er niet toe’, zegt zij. ‘Ik heb het zo gehad met al dat gezaag’, antwoordt hij. We doen er een paar sessies over om helder te krijgen waar het aanvallen en terugtrekken vandaan komt. Blijkt dat Sara zich tijdens haar ziekte naast kwetsbaar ook erg alleen heeft gevoeld. Het riep eerdere herinneringen van eenzaamheid op, bij de geboorte van de kinderen. ‘Ook toen was Filip er praktisch, maar niet emo- tioneel. Nooit vroeg hij: ‘Hoe is het met jou?’ ‘Ik besef dat’, zegt Filip. ‘Maar als zij enkel aanvalt, hoe wil je dat ik reageer? Sara zegt dat ze me nodig had, maar dat toont ze op een vreemde manier. Het enige wat ze doet, is commanderen en controleren.’ Orde en structuur geven haar rust, legt Sara uit. En als Filip erin meegaat, heeft zij het gevoel dat hij rekening houdt met haar.We hebben het over de triggers die bij hen allebei sterke reacties van kwaadheid en terugtrekken oproepen. Voor Sara is dat Filip die wegkijkt, zijn loopschoenen aantrekt, en zijn schouders ophaalt. Filip zegt dat hij nog voor ze echt commentaar geeft, al aan haar blik en stem merkt dat er ruzie zal komen. Allebei spreken ze uit dat ze uit dat patroon willen, en dat ze op een andere manier met elkaar willen omgaan. Sara: ‘Ik wil graag, ook als ik opgejaagd of boos ben, dat je blijft. Ik duw je weg, maar wil dan eigenlijk niets liever dan dat je blijft.’ Filip: ‘Ik wil niet de hele tijd je regels moeten volgen, ik wil zo graag eens horen dat ik iets goed doe.’ Wanneer we die uitspraken verder uitdiepen, blijkt dat Sara het moeilijk vindt om aan te geven dat ze Filip nodig heeft. Ze voelt ook schaamte over haar lichaam, dat er door de behandelingen anders uitziet. Dat is de reden waarom ze ook al een tijdje niet meer wil vrijen. Als Filip geëmotioneerd zegt dat hij haar nog altijd een erg mooie vrouw vindt, is dat een doorbraak. Beiden stellen zich vanaf dan ontvankelijker op, waardoor ze ook beter in staat zijn om de reactie van de ander te begrijpen. De triggers blijven, maar de ruzies zijn minder intens. Ze leggen het makkelijker bij, door te bespreken wat er speelt en te vragen wat ze echt nodig hebben. Voor Sara is dat een Filip die blijft en aanwezig is, voor Filip een zachte, ontvankelijke Sara die al eens waardering toont. Met die handvatten gaan ze verder.”