De media over Alleen met jou.
Nooit waren er zo veel opties om de liefde te vinden en tips om ze te houden, en toch waren nooit meer mensen alleen en ontgoocheld in Cupido. Met haar nieuwe boek Alleen met jou, een even stevig onderbouwd als vurig beargumenteerd pleidooi voor de romantische liefde, hoopt liefdesexpert Rika Ponnet het tij te keren. "Onze kijk op liefde is veel te negatief." Artikel van Barbara Debusschere voor De Morgen
"Je moet toch geen vijf tips naast het interview zetten, hé?", vraagt ze. We zitten in Ponnets kantoor in Gent. Er staat een doos Kleenex op het bureau. Hier komen dan ook al ruim twintig jaar singles een stuk van hun ziel blootleggen. Want, zoals Ponnet in haar boek helder aantoont, dat is onvermijdelijk als je de liefde wil tegenkomen.
De intonatie in haar vraag laat verzet voelen. Weerstand tegen de zoveelste mogelijke vraag om in puntjes op te sommen hoe je de ware vindt en houdt. Doorheen het beklijvende en vernieuwende Alleen met jou voel je het ook. Vlaanderens bekendste relatietherapeute is het kotsbeu, de huidige blik op liefde.
"Wat heb ik het volledig gehad", schrijft ze, "met de inperkende en flagrant foute kijk op de romantische liefde. Met onze partner kiezen door eisenlijstjes af te vinken en wildvreemden of algoritmes in te zetten. Zo negeren we onze diepste, niet ingevulde verlangens."
U bent kwaad?
"Ja. Het relatie- en datingklimaat, hoe we kijken naar de liefde, is zo negatief. Het zou te ingewikkeld zijn. Iets waar we beter niet te veel op rekenen. Iets waarvoor we experts nodig hebben. Een probleem waarvoor pasklare, zogezegd wetenschappelijke oplossingen zouden zijn. Het is de romantische liefde, een van de weinige dingen die er echt toe doen, reduceren tot een fractie van wat ze kan zijn."
De romantische liefde? Is dat niet iets voor Hollywood?
"In dat eenzijdige beeld sluiten we haar gemakshalve op. Maar als we eerlijk zijn, kunnen we er niet om heen dat de romantische liefde onze ultieme drijfveer is. Graag zien en graag gezien worden. Dat kan wollig klinken, maar de romantische liefde is de meest volledige liefde. Ze leert je jezelf kennen en is zeker niet alleen rozig, want je gaat soms op je bek. Maar ze veronderstelt een overgave die groter is dan de angst voor die pijn."
Wat tips voor de zoektocht schaden toch niet?
"Het lijkt onschuldig, maar ik merk in mijn praktijk hoe het mensen het gevoel geeft dat ze het zelf niet kunnen, dat ze slecht bezig zijn. Dat voedt angst. Faalangst. Angst om gekwetst te worden. Dus duwen we onze emoties weg en gaan we liefde nog meer rationaliseren, proberen te vatten in een tienpuntenplan. Als we maar verstandig kiezen, dan komt het goed. Niet dus. Ik zie velen zich verschuilen achter die erg hoge eisen. Ze houden liever vast aan het idee dat ze "de perfecte" nog niet hebben gevonden, dan te gaan voor een imperfecte eerste ontmoeting."
U koppelt als relatiebemiddelaar toch ook mensen op basis van checklists?
"Ik laat iedereen vooraf een checklist invullen, maar wat mij interesseert is hoe ze die invullen. Met talloze niet onderhandelbare voorwaarden of relativerend? En wat ik nu veel meer dan vroeger moet doen, is angstige singles helpen om van achter hun muur te komen en hun erg kritische blik naar de andere te lossen. Als strenge boekhouders stellen ze onhaalbare eisen voor een potentiële geliefde. Ze zijn eenzaam, maar door zich zo op te stellen, lopen ze veel kansen op liefde mis."
Weten wat je wil helpt toch als er zo veel keuze is?
"Ja, maar dat zou moeten gaan over welk verlangen je hebt, wat je wil dat de ander met je doet, niet over smaak in meubels. Onderzoek toont dat met wie we uiteindelijk in zee gaan vaak helemaal niet voldoet aan die checklists. En dat we, door zo rationeel te daten, steeds minder in staat zijn de ander vanuit ons gevoel, onze buik te benaderen. Maar dat is wel de voorwaarde om verliefd te worden. De klik ontstaat op een veel dieper, fysiek en emotioneel niveau dan dat van de lievelingsgerechten en het hebben van dezelfde hobby"s of achtergrond."
Hoezo? We horen altijd dat je op een aantal basispunten best overeenkomt?
"Ik weet het. In Blind getrouwd worden dan twee mensen gekoppeld omdat ze allebei een links politiek profiel hebben. Maar zelfs sociologen die dit onderzoeken, zeggen dat ze hun kinderen nooit zou aanraden op die basis een lief te kiezen. Want wat is de kip en wat het ei? Vertonen redelijk wat geliefden sociologische gelijkenissen omdat een relatie zo het best werkt, of omdat mensen het makkelijkst iemand leren kennen in hun eigen omgeving en netwerk?
"Allebei universitair zijn en van Beethoven houden zal wel wat helpen, maar het zal nooit de essentie zijn. Talloze mensen die op papier de gedroomde match lijken maar nooit verliefd worden, tonen dat. Talloze geliefden met andere achtergronden, opleidingsniveaus en interesses ook. Die kunnen perfect harmonieus en emotioneel verbonden samen een boek lezen. Hij Aspe, zij Murakami. Dáár gaat het om. Dat hij of zij op je moet lijken is een bedrieglijk houvast dat eveneens onze amoureuze kansen verkleint."
Is die angstige, veeleisende houding niet begrijpelijk nu we niet meer met ons eerste lief moeten trouwen?
"Absoluut. Er is een zee aan mogelijkheden, we zijn totaal vrij. Dat is een zegen. Maar de keerzijde is meer breuken en leed. Natuurlijk krijg je dan angst, controledrift en honger naar liefdesformules. Maar je vastklampen aan die methodes en zogenaamde zekerheden duwt je wel net weg van de liefde. Het is geen toeval dat er nog nooit zo veel singles zijn geweest, maar tegelijk dat velen nog nooit zozeer het gevoel hadden dat de liefde vinden zowat onmogelijk is."
U wijst daarbij populaire tv-programma"s, liefdestips en datingapps, maar ook bekende denkers met de vinger.
"(lacht) Ja. Het eerste schept de illusie dat je de perfecte partner kunt vinden en houden, die denkers adviseren omgekeerd dat we beter geen diep liefdesgeluk verlangen. Dat is er allebei naast. Liefde gaat over verlangen en verbinding. Zeker, er ontstaan fijne relaties dankzij Tinder en co. Alleen zie ik dat de collateral damage van dat "Primark-daten" groter is. Want op die apps is niet verbinden, maar verwerpen de hoofdbezigheid. De ander is een Primark-trui die je snel weer kunt weggooien. Je bent zelf ook zo"n goedkope trui. Dat dóét iets met mensen en hun kijk op liefde en de andere.
"De impact van de "gewonigheidsfilosofen" zoals Alain de Botton en Dirk De Wachter vind ik even triest. Zeker, mensen vinden troost in hun boodschap als het allemaal niet meezit, maar het is zonde om hun "Wees blij met wat je hebt, ook al is het minnetjes" als leidraad in ons liefdesleven te nemen. Want ook die zesjescultuur zet een rem op de enige weg naar de liefde: de gevoelskeuze, het verlangen. Laten we vooral wél ambitieuzer zijn in de liefde."
Ambitieuzer? Dat klinkt net als kritisch en veeleisend?
"Ja. Maar ik bedoel ambitie als het gaat over de emotionele logica van de liefde. Die zien én voelen. De moeite doen om je af te stemmen op de ander. Raakt die mij en hoe? Waar verlang ik écht naar en wat heeft de ander nodig? Kan ik bieden wat ik zelf verlang? Heb je vooral nood aan verbondenheid en geborgenheid of aan autonomie? Ben je eerder bang de ander te verliezen of dat de ander je zou verstikken?
"Bij een eerste ontmoeting hebben we direct en onbewust een klik met wie ons daarin het sterkst aanspreekt. Daar zijn wij zeer goed in, want zodra we geboren zijn, zetten we met onze ouders de zoektocht in naar balans tussen voldoende autonomie en afhankelijkheid. Iedereen heeft daarin een eigen blauwdruk en iedere liefdesrelatie is een unieke variatie op dat thema.
"Vaak raken we verstrikt in wat we aan de oppervlakte zien. Zoals de ander die plots kil of woedend is naar aanleiding van iets heel banaals. Ik geef in het boek voorbeelden van hoe koppels daarin vastlopen, maar hoe ze elkaar ook terugvinden door op dat niveau van de hechtingsbehoeftes naar hun relatie te kijken. De ander is niet kil of woedend om jou te kwetsen, maar omdat de dynamiek tussen jullie soms al te zeer ingaat tegen die primaire behoeftes."
In welke zin is het romantisch om elkaars hechtingsstijlen in kaart te brengen?
"(lacht) Het lijkt technisch, maar zo werkt liefde. We zoeken altijd weer iemand die enerzijds veilig en vertrouwd voelt, bijvoorbeeld iemand die nogal dominant is omdat een ouder dat was, en die anderzijds biedt wat we als kind als grootste emotionele tekort hebben ervaren, bijvoorbeeld meer ademruimte om jezelf te zijn. Net daarom kan liefde zo helend zijn. Mijn boodschap is niet: "Leer dat uit het hoofd." Er valt ook niets uit het hoofd te leren, want er zit geen vast patroon in die hechtingsdynamieken. Er is geen formule. Het is altijd weer een andere dans die geliefden met elkaar dansen.
"Wel pleit ik ervoor te beseffen dat het op dat diepste emotionele niveau is dat de liefde speelt. Als we dan toch houvast zoeken, vertrouw daar dan op. De romantische liefde is niet maakbaar, maar de omstandigheden waarin ze ontstaat wel. Luister naar je diepste verlangens en angsten, stel je open voor de ander en ervaar wat dat met je doet. Weet dat dat de enige route is."
Hoe kunnen we op iets vertrouwen waarvan we ons niet eens bewust zijn?
"Omdat het altijd weer gaat over onze primaire hechtingsbehoeftes zijn er geen verkeerde keuzes en maakt verliefdheid nooit blind, integendeel. Op wie je verliefd wordt vertelt je alles over je emotionele behoeftes. Vanuit de overgave die verliefdheid vergt, verbinden we ons altijd met iemand die een mogelijk antwoord kan bieden op onze verlangens. We zijn dan ook allemaal wél competent in de liefde. Dat wil ik heel erg benadrukken.
"Ik denk aan een vrouw die al vijf jaar de minnares is van een getrouwde man die niet weggaat bij zijn vrouw. Ze worstelt. "Kap ermee", zeggen vrienden. "Je hebt bindingsangst." Maar door te durven voelen wat zij verlangt en nodig heeft, ziet ze dat ze een te grote liefde voelt voor hem en dat deze deelrelatie best bij haar blauwdruk past. De moraal en oordelen van anderen brengen ons niet verder, onze emotionele logica wel. We willen allemaal alleen maar graag zien en graag gezien worden, en geven daar op onze specifieke manier vorm aan."
Er zijn toch meer breuken? Wijst dat niet op onkunde?
"(heftig) Helemaal niet. Natuurlijk gaan we meer uit elkaar. We zitten minder dan ooit uit noodzaak in een relatie. We stappen nu in een relatie omdat we emotionele, psychologische en seksuele vervulling zoeken en we stappen eruit wanneer we die niet meer vinden. En de meesten scheiden niet te snel, maar na vele pogingen om die verbinding terug te vinden. Wie ben ik dan om zwaaiend met mijn vingertje te zeggen: "Je moet leren leven met de gewonigheid en het uitzitten voor de kinderen." Of: "Tongzoen wat meer?" Soms raak je elkaar onherroepelijk kwijt. Waarom verdient iemand die veertig jaar getrouwd is een feest? Een korte relatie kan je evenveel leren en geven als een lange. Uit elkaar gaan is geen falen, net zomin als lang samen blijven een succes is."
Moeten we niet vooral eerst aan onszelf werken?
"Nee. Wie emotioneel zwaar worstelt, heeft soms iets aan therapie. Maar een intieme relatie is ook therapie. Ik zie singles in een dal die elkaar vinden en dankzij de liefde totaal andere, vervulde mensen worden. Het is trouwens een illusie dat we onze emotionele blauwdruk fundamenteel kunnen veranderen, hoeveel therapie je daar ook op loslaat. En dat is oké. Mocht liefde alleen voor mensen zijn die perfect veilig gehecht zijn, dan waren we bijna allemaal alleen. Het belangrijkste is emotionele zelfkennis en zien dat we dankzij onze intieme relaties evolueren. Iemand met bindingsangst die in een volgende relatie de ander al dichter laat komen, bijvoorbeeld."
Wat is het grootste misverstand?
"Dat liefde gelukkig maakt. Als we verliefd zijn, ervaren we onze diepste verlangens en hoe de ander daarop een krachtig antwoord kan zijn. Maar die andere kan dat nooit volledig invullen. We zijn dus tegelijkertijd ook verplicht om los te komen van de absoluutheid van onze verlangens. Het is altijd ook een oefening in zelftroost, gemis.
"Vandaag willen we die confronterende, pijnlijke kanten vermijden en eisen we te vaak dat de ander onze verwachtingen volledig invult, zelfs ten koste van zichzelf. Dat is geen liefde. Filosoof Maarten Boudry verwoordde het prachtig in jullie krant. De vraag hoe hij graag bemind wil worden, noemde hij aanmatigend, arrogant en egoïstisch. We vragen ons inderdaad beter wat meer af wat de ander echt nodig heeft en of we dat ook bieden. Ook dat is ambitie in de romantische liefde."
U bent tegen al die tips, maar u komt toch ook met advies?
"Ik geef geen tips. Ik leg uit hoe liefde werkt en bepleit om weer connectie te maken met onze emoties en de romantische liefde in haar volledigheid te omarmen. Op eigen benen staan én sterk én behoeftig zijn én dat alles kunnen tonen. Verantwoordelijkheid nemen voor wat we doen, maar die ook laten liggen bij de ander als ze daar hoort. Alleen kunnen zijn. Je angsten vrezen en je verlangen volgen. Garantieloos. Want wie niet liefheeft, leeft niet. Ook als je na een breuk in je bed ligt te wenen, leef je veel meer, ben je meer een mens dan wie emotioneel versteend van achter zijn schermpje een zoveelste foto wegswipet."
Relatiebemiddelaar Rika Ponnet houdt in haar gloednieuwe boek "Alleen met jou" een pleidooi voor de romantische liefde. "Het huidige discours over liefde en relaties is veel te rationeel", vindt ze. "We moeten opnieuw durven onze gevoelens te laten primeren op de ratio."
Tegenwoordig regeert de idee dat de liefde maakbaar is. Als onze partner aan een aantal vooropgestelde criteria voldoet, dan hebben we de juiste keuze gemaakt. De rest volgt vanzelf. Deze rationele benadering verklaart ook de populariteit van tv-programma's als Blind Getrouwd.
Romantiek vinden we doorgaans klef, melig en fout, en verliefdheid zien we als een vorm van verstandsverbijstering. Helemaal fout, vindt Rika Ponnet. Want hoe je draait of keert: aan de basis van relaties ligt geen rationele maar wel een emotionele logica. Van kinds af aan gaan we in het leven op zoek naar verbinding, naar hechting met een ander. Ook in een relatie gaan we op zoek naar de invulling van onze diepste hechtingsbehoefte.
Ponnet vindt dat we opnieuw een groter bewustzijn moeten ontwikkelen rond emoties. Maar we zijn bang. De angst voor onze angsten speelt ons in relaties het meeste parten. Want de liefde is weerloos en maakt ons weerloos. Daarin ligt juist de schoonheid, volgens Ponnet.
Ze pleit ervoor om de romantische liefde opnieuw toe te laten en te vieren. "De romantische liefde maakt ons leven intenser en mooier. Ze wakkert onze diepste hechtingsverlangens aan tot op het niveau dat ze in staat zijn onze angst voor verlies en pijn te overtreffen. Ze geeft zelfvertrouwen, stimuleert creativiteit, helpt stappen zetten en emotionele risico's nemen."
Hoe je ze vormgeeft, kies je natuurlijk zelf: met grote gebaren via kleine dingen....Het zijn allemaal uitingen van affectie die de ander even heel diep raken. Ze zorgen ervoor dat we de ander zien en blijven zien als de juiste keuze.
Ponnets devies: "Vrees je angsten. Volg je verlangen. Spring. Spring opnieuw. Blijf springen. Word verliefd. Heb lief met je volledige hart. Garantieloos. Wie niet liefheeft, leeft niet."
De romantische liefde kreeg het de voorbije jaren hard te verduren. Opeens waren we ervan overtuigd dat we de Ware niet meer zouden vinden tijdens dinertjes bij kaarslicht, maar wel op basis van rationele berekeningen, koele checklists en betrouwbare algoritmes. Programma"s als ‘Blind getrouwd" bewezen het toch helemaal? Niet volgens relatie-experte Rika Ponnet. Met haar nieuwe boek ‘Alleen met jou: de terugkeer van de romantische liefde" leidt ze ons weg van het hoofd en terug naar het hart. ‘Ik weet zeker dat Alain de Botton ook geen lijst heeft ingevuld om te kijken of hij en zijn vrouw wel bij elkaar passen."
We spreken af met Ponnet bij Duet Relatiebemiddeling, het kantoor dat ze runt samen met haar man Mark Boeykens. Terwijl we praten, toont ze ons een geboortekaartje dat op haar bureau ligt. ‘Van een stel dat wíj bij elkaar hebben gebracht," zegt ze trots, waarop ze voorleest: ‘Dank je voor de bijna perfecte match." Tegenwoordig spreken we wel vaker over de liefde in termen van ‘het is een match" of ‘het is geen match". Die term hebben we te danken aan ‘Blind getrouwd", waar nu al drie seizoenen lang naar hartenlust singles gematcht worden op basis van rationele checklists.
Rika Ponnet «Eén van de redenen waarom ik ‘Alleen met jou" schreef, is dat men de voorbije jaren is gaan pleiten voor de rationele liefde. Alain de Botton doet dat, Dirk De Wachter ook een beetje. Dirk bedoelt het goed, maar soms komt zijn boodschap over als: mik maar wat lager. Ik noem het de zesjescultuur in de liefde: waarom streven naar een tien als een zes voldoende is? Daar ben ik het absoluut niet mee eens.»
HUMO Waarom niet? Toen De Botton en De Wachter met die boodschap kwamen, hoorde je sommigen een zucht van opluchting slaken: al dat streven naar de Ware en de Perfecte Relatie bezorgde hun alleen maar kopzorgen en hartzeer.
Ponnet «Ja, maar dan gaan we voorbij aan de essentie: mensen dóén dat niet, de liefde rationeel bekijken. We worden niet verliefd met ons hoofd. Ik weet zeker dat ook Alain de Botton geen lijst heeft ingevuld om te kijken of hij en zijn vrouw wel bij elkaar passen. Rationaliteit zat daar vast voor niks tussen.
»Ik begrijp het pleidooi voor de ratio wel. Het komt voort uit de gedachte: als we niet willen lijden in de liefde, moeten we de lat wat lager leggen. Zeker bij Alain de Botton vind je dat terug: als we een duurzame relatie willen, moeten we ons vooral niet te veel aantrekken van het romantische model, maar moet er harmonie zijn. We moeten niet te erg verschillen van onze partner, we kunnen beter dezelfde achtergrond en ambities hebben. Alleen: dat gaat compleet voorbij aan wat liefde is.»
HUMO Daar zeg je het: wat is liefde dan wél?
Ponnet «Verbondenheid. Echte, gevoelde connectie. Ik zie tegenwoordig heel veel koppels scheiden die op papier, als je hen lijstjes laat invullen, perfect bij elkaar passen. En toch werkt het niet. Waarom? Omdat die mensen zich eenzaam voelen in hun relatie, omdat ze elkaar totaal niet aanvoelen en niet tot verbondenheid komen. In het Westen stappen we niet meer in een relatie om economische redenen, we willen nu dat de ander ons emotioneel erkent. Is die connectie er niet meer, dan vinden we dat een gegronde reden om eruit te stappen. Onze verwachtingen laten zakken zal ons niet gelukkiger maken in onze relaties.
»We beginnen niet aan een relatie om ze lang te laten duren. We beginnen eraan omdat we hopen dat ze ons gelukkig zal maken. En ja, natuurlijk hopen we dan dat het lang mag duren. Er wordt vandaag nog altijd heel moraliserend over echtscheidingen gesproken. Scheiden is misschien geen taboe meer, maar op de één of andere manier toch weer wél. Als iemand 50 jaar getrouwd is, wordt hij in de bloemetjes gezet. Maar van iemand die drie achtereenvolgende relaties heeft gehad, met misschien méér gelukkige jaren dan in die 50 jaar huwelijk, vinden we dat hij maar een hobbelig relatieparcours achter de rug heeft. Omdat er zo negatief over gesproken wordt, ervaren mensen die uit een relatie stappen dat nog altijd als falen. Bedenk dan dat iets meer dan een derde van de gehuwden vandaag uit elkaar gaan. Bij koppels die samenwonen zonder te trouwen, is dat zelfs de helft. Héél veel mensen kiezen er vandaag dus voor om niet een leven lang bij elkaar te blijven, en wat doen wij? We problematiseren dat nog altijd. Dat vind ik heel fout.»
Minuut tongzoenen
Ponnet «Als mensen ervoor kiezen om uit een relatie te stappen, is dat nooit omdat ze niet hard genoeg hun best hebben gedaan, of omdat het gras groener is aan de overkant. Dat klinkt alsof koppels te snel uit elkaar gaan, dat ze hun best niet meer doen, dat ze niks meer voor de ander overhebben. Dat is absoluut niet zo. Vroeger gingen we minder snel uit elkaar, maar de relaties van toen waren geen spat beter dan die van nu. Integendeel, ik ben ervan overtuigd dat méér mensen zich vandaag gelukkig voelen in hun relatie. Dat blijkt ook uit het onderzoek ‘Scheiding in Vlaanderen": wie het meest tevreden zijn over hun leven, zijn de gescheiden mensen met een nieuwe partner. Een geweldige eyeopener vond ik dat. Als ik dat aanhaal tijdens een lezing, sta ik altijd versteld van de emotionele reacties. Eén vrouw kwam me achteraf zelfs omhelzen: ‘Dank je wel om te zeggen dat ik ambitieus mag zijn in de liefde, dat ik niet voor niets bij mijn partner ben weggegaan." Voor haar was dat een hart onder de riem.
»Nieuwsberichten over scheidingen gaan altijd maar over de nefaste impact op kinderen. Niet dat ik die onderschat, maar door altijd weer op diezelfde problemen te hameren, zadel je mensen met schuldgevoelens op. Dat heeft dan weer een negatieve invloed op hoe ze omgaan met hun kinderen. Ik probeer de relatiekeuzes van mensen altijd te waarderen, hoe ingewikkeld die ook zijn. Elk verhaal is anders. Wie ben ik om te zeggen dat iemand niet goed bezig is? Meer dan eens gaan mensen hier buiten op wolkjes: ‘Jij hebt me geleerd dat ik mezelf geen loser hoef te vinden omdat ik al vijf jaar als minnares mijn weg probeer te vinden in de liefde." Vijf jaar lang heeft die vrouw dan al van haar omgeving mogen horen dat ze die man uit haar hoofd moet zetten, dat ze de foute keuze maakt.»
HUMO Terwijl jij zegt: een foute keuze bestaat niet.
Ponnet «Nee, want een keuze maak je altijd vanuit je diepste hechtingsbehoeften.»
HUMO Over hechting en de verschillende hechtingsstijlen had je het ook in je boek ‘Blijf bij mij", dat maar liefst 40.000 keer over de toonbank ging.
Ponnet «‘Alleen met jou" is er gekomen door het grote succes van ‘Blijf bij mij". Voor alle duidelijkheid: de theorie over hechtingsstijlen komt van de Britse psychiater John Bowlby, ik zit daar voor niks tussen. Maar sinds ‘Blijf bij mij" krijgt hij eindelijk de erkenning die hij verdient. Voor veel mensen was het een openbaring. Maar ik merkte ook dat ze de hechtingstheorie vaak te eng gingen interpreteren. Mensen zijn er nu eenmaal tuk op om een complexe realiteit te reduceren tot iets wat past in eenvoudige vakjes.
»In ‘Alleen met jou" breng ik het verhaal emotioneler en warmer. Analyses van therapeuten die de hechtingstheorie negeren, vind ik vaak erg oppervlakkig. Verbondenheid in je relatie krijg je alleen maar door hechting, dat krijg je echt niet door elke dag één minuut lang te tongzoenen met je partner. Therapeuten die op dat gedragsniveau blijven steken, hebben niet gesnapt waar het écht over gaat.»
Avontuurtje
HUMO In je boek klaag je aan dat het nogal bon ton is om negatief te doen over de liefde.
Ponnet «Elk jaar met Valentijnsdag bellen journalisten me om het over de liefde te hebben. Allemaal gaan ze die dag op zoek naar een originele invalshoek. Vorig jaar was het één en al kommer en kwel: ‘Is de liefde niet onmogelijk geworden? En al die relatiebreuken! Al dat overspel!" Ik had er helemaal genoeg van. Geen enkele journalist belde me om te zeggen: ‘Tof hè, zo"n dag van de liefde!"
»Tegenwoordig doen we cynisch over veel dingen, dus ook over de liefde. Maar wie heeft ooit beslist dat een zonsondergang klef is? Ik was stomverbaasd toen ik onlangs hoorde wat de best verkopende literatuur is: stationsromans. Die gaan nog altijd vlot over de toonbank en worden vooral gekocht door hoogopgeleide vrouwen. Er is onderzoek gedaan naar de populairste verhaallijnen. Dat blijken avontuurtjes met een rijke sjeik, met een Griek of met een Italiaan te zijn. En wat vinden de lezeressen het méést romantisch? Hand in hand wandelen op het strand. Tegenwoordig bestempelen we dat als het summum van klefheid, maar mensen verlangen daar kennelijk nog altijd naar.»
HUMO Eigenlijk willen we allemaal de romantische liefde?
Ponnet «Ja, maar we hebben ze herleid tot een Disney-versie. In de 19de eeuw ging de romantische liefde niet alleen over de vervulling en intensiteit van de liefde, maar ook over de pijn, het onvermogen en het lijden die ermee gepaard gingen. Vandaag herleiden we ze tot: we ontmoeten elkaar, het licht floept aan, en we blijven samen tot de dood. Dat is het niet. De romantische liefde in haar totaliteit is wat ons het sterkst in vervoering brengt, wat ons het gevoel geeft écht te leven.
»Wij, mensen, functioneren vanuit een tekort. Toen ik het manuscript naar mijn uitgever stuurde, schreef ik erbij: ‘Een simpele samenvatting? We groeien allemaal op met ouders die ons tekortdoen - niemand heeft perfecte ouders. Als volwassenen proberen we die tekorten te helen met de liefde." Daarom verbinden we ons, daarom worden we telkens opnieuw verliefd. Als we allemaal perfecte ouders hadden, zouden we ons niet hoeven te verbinden: dan zouden we ons perfect voelen in ons eentje.»
HUMO Vanuit de tekorten uit onze kindertijd kiezen we later onze partners?
Ponnet «En die keuze leert ons veel over onze diepste hechtingsbehoeften, over ons allerdiepste verlangen dat we heel graag vervuld willen zien, omdat het de ultieme erkenning is van wie we zijn. Soms ontmoeten we iemand van wie we denken dat hij of zij dat verlangen voor ons kan invullen, en dan stellen we ons volledig open voor die ander.»
HUMO Dat we de ander kiezen vanuit onze diepste hechtingsbehoeften, bepaalt ook welke conflicten later zullen opdoemen in onze relatie.
Ponnet «Precies. De pijn en het lijden in de liefde zijn te wijten aan de onafgewerkte dingen uit ons verleden die we meedragen. Die dingen zijn een motor in het verliefd worden, en zullen dus ook een rol spelen in hoe onze relatie eruit zal zien. Veel therapeuten kijken naar het moment waarop de relatie fout is beginnen te gaan, maar eigenlijk zitten de problemen er al van bij het begin ingebakken.»
HUMO Moeten we dan gaan graven in het verleden van onze partner?
Ponnet «Eigenlijk begint het met: durf ik naar mijn éígen geschiedenis te kijken?»
HUMO Doen we dat niet?
Ponnet «Nee. Vaak blijven we hangen in feiten: ‘Mijn ouders stuurden me vanaf mijn vijfde elke zomer drie maanden naar een vakantiekolonie." Terwijl we zouden moeten nadenken over: ‘Wat heeft dat met mij gedaan? Hoe voelde ik me daarbij?" Dat is niet simpel, en soms lukt het zelfs helemaal niet. Sommigen hebben hun diepste hechtingsbehoeften in een betonnen sarcofaag zitten, waar niemand ooit bij zal kunnen. Dat gaat over een minderheid van de mensen, maar onderschat hun aantal niet.»
Lijst met eisen
HUMO Als diepe hechtingsbehoeften onze drijfveer zijn, dan heeft verliefd worden niets te maken met rationaliteit. Moeten we weer leren vertrouwen op ons buikgevoel?
Ponnet «Mensen vragen me soms: ‘Mag ik mijn buikgevoel wel vertrouwen? Ik maak altijd de verkeerde keuzes in relaties." Maar je keuze heeft altijd te maken met waar jij op dat moment in je leven staat, wat jij emotioneel kunt en durft toe te laten. In die zin is geen enkele relatie ooit een foute keuze. Oké, misschien heeft ze maar vijf jaar geduurd. Maar als ik wat doorvraag, moeten ze altijd toegeven dat ze er toch iets uit hebben geleerd. Elke relatie doet je groeien.
»Ik sprak pas nog een heel mooie vrouw, die vroeger nog als model heeft gewerkt. Toen ze jong was, had ze een hele lijst met eisen waaraan haar partner moest voldoen: hij moest groot zijn, en de mooiste man in het gezelschap. Maar haar relaties met zulke mannen maakten haar diep ongelukkig. Dat komt omdat haar eisen niks te maken hadden met haar diepste hechtingsbehoeften, maar alles met haar angsten: ‘Als ik die knappe, succesvolle man aan de haak kan slaan, moet ik zelf wel fantastisch zijn." Een tijd later blijkt zo"n relatie dan een lege huls. Na de zoveelste ongelukkige relatie was die vrouw een man tegengekomen die helemaal niet voldeed aan haar eisenpakket. Fysiek vond ze hem zelfs niks voor haar, maar hun eerste gesprek leek vanzelf te gaan en ze hielden contact. Een week later wenste hij haar een gelukkige verjaardag - iets wat haar vorige partners altijd vergaten. Na een paar weken moest ze toegeven: ‘Ik heb mij nog nooit zo verbonden gevoeld met iemand als met hem."»
HUMO Die man raakte haar wél in haar diepste hechtingsbehoeften?
Ponnet «Ja, en opeens deed het er niet meer toe dat hij geen 1 meter 85 was en donker haar had. Hoe hij bij haar overkwam en wat hij met haar deed, was voldoende.»
HUMO In die zin moeten we de lat wél lager leggen: we moeten afstappen van onze eisen waaraan de ander moet voldoen.
Ponnet «Absoluut. Al dat gerationaliseer staat onze ontvankelijkheid vreselijk in de weg. We gaan achter een muur zitten en laten de ander niet toe. We redeneren: ‘Als hij of zij aan die twintig punten voldoet, zal ik zeker een connectie met hem of haar hebben en zal ik gelukkig zijn." Maar zo werkt het niet. De eerste connectie is altijd een gevoel. Het is durven af te spreken met iemand, de ander ervaren en toelaten. En als mensen dat eenmaal doen, merken ze snel hoe verfrissend het is.»
HUMO Is de boodschap dan dat we ons over de gebreken van de ander heen moeten zetten?
Ponnet «Zolang je denkt in termen van gebreken, benader je de ander vanuit je hoofd, en ben je dus helemaal niet bezig vanuit je diepste hechtingsbehoeften. Als je écht een romantische klik wilt, is overgave de enige manier: zet je poort open en smijt je.
»Dat zie je ook bij mensen in een relatie: zitten ze in een goeie relatie, dan is hun poort gesloten. Word je verliefd op een ander, dan is dat altijd omdat er een behoefte niet wordt ingevuld. Als in je relatie het merendeel van je behoeften wordt ingevuld, als je je stevig verbonden voelt met je partner, dan is je poort dicht. Iemand kan jou nog altijd wel aantrekkelijk vinden, maar die zal vaak niet eens iets ondernemen, omdat hij of zij voelt dat je er niet voor openstaat.»
De nieuwe pastoors
HUMO Volgens de pleitbezorgers van rationeel daten zorgen lijstjes ervoor dat je niet voor verrassingen komt te staan als straks de eerste verliefdheid wegebt. Je moet niet wachten tot je zes maanden samen bent om het te hebben over een eventuele kinderwens, zeggen ze. Toch ook een beetje waar?
Ponnet «Alsof je op je eerste date beslist of je samen kinderen zult hebben. Nee, toch?
»Als ik iemand een mogelijke date voorstel, hoor ik soms: ‘Gaat hij skiën? Oei, dan zal het niks worden, want ik hou niet van koude vakanties." Waar sláát dat op? We lijken alleen nog maar bezig te zijn met onze eigen verwachtingen: ‘Dit wil ik en jij moet zorgen dat je daaraan voldoet. Zo niet, dan ga ik me niet kwetsbaar opstellen." Sorry, zo werkt het niet. De ander zal moeten merken dat je hem graag ziet omwille van wie hij is. Dat je bereid bent met jullie verschillen om te gaan, en dat je liefde onvoorwaardelijk is. Zit er verlies op de compromissen die je dan sluit? Altijd. Maar als je blijft steken in je eigen verwachtingen en eisen, dan blijf je alleen. Ik zie ze en masse, de vrouwen van in de 30 met hun lijstjes in de aanslag. Ze zijn vooral heel erg alleen.»
HUMO Online dating werkt ons gebrek aan ontvankelijkheid extra in de hand.
Ponnet «Ik ben absoluut niet tegen online dating: sommigen maken er goed gebruik van. Maar mensen die al de neiging hebben om te daten met hun lijstje erbij, worden daarin nog versterkt door apps als Tinder. Ze verdoen er hun tijd mee en laten veel kansen liggen.
»Online dating heeft ons véél kritischer gemaakt. Je kunt het je niet voorstellen op basis waarvan we mensen tegenwoordig afwijzen. Dan hoor ik dingen als: ‘Op zijn profiel las ik dat hij een reis naar Thailand heeft gemaakt. Een single die naar Thailand gaat? Zo"n man wil ik niet." Het is een complexe en harde wereld geworden.»
HUMO Bij Duet koppelen jullie mensen toch ook op basis van lijsten?
Ponnet «Eigenlijk niet. Uiteraard houden we rekening met een aantal zaken, maar altijd vanuit de wetenschap dat de klik niet op dat niveau zal gebeuren. Het zijn slechts randvoorwaarden. Iedereen die bij ons komt, krijgt een vragenlijst. Die heeft inderdaad veel weg van een checklist, maar ik kijk vooral naar de manier waarop mensen die invullen. Sommige mensen vullen onder elke vraag in dat ze dat eigenlijk niet zo belangrijk vinden. Dan weet ik: zijn of haar ontvankelijkheid is best groot. Bij anderen lijken de antwoorden op een heel programma. Of dan noemen ze vijf bekende mensen op wie hun ideale partner moet lijken - Bartel Van Riet en Tom Waes zijn wat dat betreft populair. Ik moet dan zien te achterhalen: ‘Wat doet zo"n Tom Waes met jou? Op welke manier spreekt hij je aan?" Zo ontrafel ik hun diepere behoeften: ‘Ik heb iemand nodig naar wie ik kan opkijken, omdat ik mezelf nietig en klein voel." Dan raak ik aan de kern.»
HUMO In je boek vertel je over je eigen hechting, aan de hand van een anekdote: als 6-jarig meisje ging je twee weken op vakantie naar Italië. Je had vreselijke heimwee, maar huilde alleen "s nachts in je bedje, als niemand het zag.
Ponnet «Thuis ben ik opgegroeid met het idee dat je vooral je kwetsbaarheid niet mag tonen. Als ik huilde, troostte mijn moeder me wel, maar daarna ging het al snel van: ‘Komaan, daarvoor gaan we toch niet huilen?" Ik kreeg vooral aandacht en bevestiging wanneer ik flink was en autonoom gedrag vertoonde. Vind ik dat een tekort? Zeker, maar ik verwijt mijn ouders niets. Het blijft alleen iets waarmee ik als volwassene aan de slag moet.»
HUMO Dat gedrag neem je nu mee in je relaties.
Ponnet «Ik zal me altijd comfortabeler voelen in de rol van luisterend oor en verzorger. Plus: ik kom moeilijk met mijn eigen behoeften en kwetsbaarheden naar buiten, wat de ander dan weer een slecht gevoel geeft. Hij heeft dan het gevoel klein en kwetsbaar te zijn, omdat ik me zogezegd alleen maar sterk houd. Daarover gaan dan de conflicten.»
HUMO Zitten je eigen hechtingsbehoeften je als therapeut nooit in de weg?
Ponnet «Elke relatie-expert moet zich 100 procent bewust zijn van zijn eigen hechtingsbehoeften. Anders kun je niet werken. Als ik een koppel begeleid, merk ik automatisch dat ik voor bepaald relatiegedrag meer sympathie heb. Daar moet ik transparant over zijn.»
HUMO Er is tegenwoordig een overvloed aan relatietherapeuten en -experts.
Ponnet «En die vertrekken allemaal vanuit hun eigen verhaal. Wat Alain de Botton vertelt over het huwelijk, zegt ons iets over de man zelf: hij heeft naar alle waarschijnlijkheid een huwelijk waarin de lat wat lager ligt, waarin hij zich tevreden stelt met ‘goed genoeg". Prima: dat is zijn keuze. Maar we mogen er niet van uitgaan dat iedereen die keuze kan of wil maken. Leren leven met gewonigheid werkt voor hem en voor een aantal mensen, maar niet voor iedereen. Sommigen worden daar diep ongelukkig van.
»Relatietherapeuten en -experts zijn een beetje de nieuwe pastoors geworden: ze overstelpen mensen met adviezen, waar die erg vatbaar voor zijn. Tegenwoordig is het al narcisme wat de klok slaat. Dan hoor ik mensen verkondigen: ‘Mijn ex is een narcist. Ik heb het gegoogeld: acht van de tien kenmerken kloppen." Oké, misschien heeft hij naar jouw gevoel egoïstisch gedrag vertoond, maar laten we eens kijken naar wat de dynamiek was in jullie relatie. Hetzelfde met autisme, de vorige hype: ‘Ik denk dat mijn man wat autistisch is." Nee, hij vertoont gewoon vermijdend gedrag. Autisme is een ernstige ontwikkelingsstoornis. Laat ons alsjeblieft niet alle relatiegedrag daartoe herleiden. Vooral vrouwen kunnen daar een crack in zijn.»
De seksuele component
HUMO We hebben het nog niet gehad over seks. Hoe past dat in de romantische liefde?
Ponnet «Grappig dat je daarover begint. Toen ik mijn manuscript net had ingeleverd, dacht ik: ‘Ik heb te weinig over seks geschreven." (lacht) Zo zal er altijd wel iets zijn. Maar seks is helemaal verweven met die romantische liefde. Het feit dat die ander jou heel mooi vindt en met je wil vrijen, is de ultieme bevestiging, dé erkenning dat je mag zijn wie je bent.»
HUMO Kun je een romantische klik ervaren met iemand, met wie het vervolgens tussen de lakens toch geen feest blijkt te zijn?
Ponnet «Die twee vallen altijd samen. Ik ken een vrouw die ervan overtuigd was dat ze nooit een romantische klik zou ervaren met een man die kleiner is dan zij: ‘Alleen een grote man kan mij een geborgen gevoel geven." Zulke gedachten zitten hier (tikt tegen haar hoofd). Je zit jezelf er vooral heel hard van te overtuigen, en zo wordt het een self-fulfilling prophecy. Er zijn veel manieren waarop een man je een geborgen gevoel kan geven. Dat heeft die vrouw ook ervaren: de man met wie ze nu samen is, is niet de man met wie ze ooit verwacht had samen te zijn, maar hij ondersteunt haar enorm en weet haar altijd tot rust te brengen. Omdat ze die geborgenheid bij hem ervaart, kan ze zich ook zonder problemen seksueel aan hem overgeven.
»Pas op: je kunt je ook geborgen voelen bij iemand voor wie je géén romantische liefde voelt, maar wel een diepe vriendschap. Dat moeten we ook leren: we moeten niet al onze eieren bij die ene partner leggen, maar zoeken naar een bredere invulling voor onze intimiteit en verwachtingen. In een vriendschap zit die seksuele component niet, maar je kunt je daarin wel heel geborgen en veilig voelen.»
HUMO Ik blijf de hele tijd denken aan ‘Blind getrouwd": zijn de geslaagde koppels uit dat programma dan toevalstreffers?
Ponnet «‘Blind getrouwd" is het beste bewijs dat mijn stelling klopt. Hoe groot is je overgave, je ontvankelijkheid, als je bereid bent om met iemand te trouwen die je nog nooit hebt gezien? Gi-gan-tisch. Het gematch van die experts heeft daar niets mee te maken.
»Met ‘Vind je lief" heb ik ook mensen gematcht op basis van inhoud, maar ik ben altijd blijven herhalen: die inhoud zal nooit de essentie zijn. Dat zie je ook in ‘Blind getrouwd": bij alle koppels die getrouwd zijn gebleven, vullen de partners elkaars hechtingsbehoeften in. Kijk naar Stijn en Nuria uit het eerste seizoen.»
HUMO Van hen werd nochtans gezegd dat ze geen instant romantische klik hadden.
Ponnet «En toch: toen ze vlak na hun trouw naast elkaar op dat bankje zaten, zag je al dat ze elkaars stress aan het reguleren waren. Heel mooi om te zien. Dát is connectie. Nuria vond hem misschien niet zo aantrekkelijk, maar ze liet hem toe en zo kwamen ze tot verbondenheid. Een heel ander verhaal zag je bij Mike en Marjolein in het laatste seizoen: het leek meteen te klikken, vooral omdat zij zo enthousiast deed. Maar haar overdreven enthousiasme had alles te maken met angst - ze wilde heel graag dat het experiment zou slagen - en niets met een gevoelde connectie.
»Het erge is dat het programma veel singles op het verkeerde been heeft gezet. Onderschat niet hoeveel mensen, hoogopgeleid en intelligent, me nu komen vragen om hen op basis van een checklist aan een partner te helpen. Geloof je nu echt dat je bij iemand de liefde zult vinden omdat hij op de SP.A heeft gestemd? Nee, met lijstjes heeft liefde niks te maken. Ik hoop dat, na het lezen van mijn boek, wat meer mensen hun checklist laten vallen. Dat ze achter hun muur vandaan komen en, als ze op de trein worden aangesproken door iemand die hun op het eerste gezicht niks lijkt, toch voor zichzelf de mantra herhalen: ‘Komaan, stel je open!"»
Rika Ponnet ‘Alleen met jou: de terugkeer van de romantische liefde", Lannoo
Overal waarschuwen relatie-experts, filosofen en andere goeroes voor de romantische liefde. De verliefde is een dwaas, die onvermijdelijk met al zijn hooggespannen verwachtingen tegen de muur van de realiteit zal botsen. Nu neemt Rika Ponnet de verdediging op: ‘Ik pleit voor meer ambitie in de liefde.' Artikel van Eva Berghmans voor De Standaard
‘Waarom we niet zo romantisch moeten zijn": het is niet eens een vraag op de cover van het themanummer van Filosofie Magazine. Het is een vaststelling die in de tijdgeest past. De reputatie van de romantische liefde is besmeurd. Ze wordt weliswaar nog bezongen in Hollywoodfilms en popsongs, maar tegenover die zoete verhalen uit de populaire cultuur staat een groeiende batterij aan experts en denkers die ons waarschuwen voor de onvermijdelijke teleurstellingen in de liefde als we die te romantisch bezien.
De romantische kijk op relaties is een verhaal dat te mooi is om waar te zijn, betogen in Filosofie Magazine onder anderen Alain de Botton, Dirk De Wachter en Jan Drost. Het Hollywoodplaatje - liefde op het eerste gezicht, twee zielen die elkaar moeiteloos begrijpen, nog lang en gelukkig - zadelt ons met zulke hoge verwachtingen op, dat het onzacht landen is in de realiteit van het leven als koppel. Relatietherapeute Esther Perel, van wie eerder dit jaar een boek over overspel verscheen, noemt het romantische ideaalbeeld de laatste ideologie. De verwachtingen die velen over hun relaties koesteren, moeten volgens Perel niet onderdoen voor het geloof dat mensen vroeger in God stelden - baken van vertrouwen, steun, toeverlaat, zingever.
Disney of Werther
De scheidingscijfers dienen als bewijs voor de onrealistische verwachtingen die we tegenwoordig van de liefde hebben. Het valt niet te ontkennen dat tot enkele decennia geleden veel minder huwelijken op de klippen liepen. Daaruit concluderen dat de langetermijnrelatie zonder al te romantische verwachtingen het best werkbare relatiemodel is, vindtRika Ponnet een brug te ver. ‘Het is niet omdat mensen geen andere keuze hadden dan samen te blijven, dat ze gelukkig waren. De mantra van De Botton dat we onze verwachtingen moeten bijstellen, ben ik beu gehoord. Er is niks mis met ambitie, ook niet in de liefde. De meeste mensen worden niet gelukkiger als ze hun verwachtingen naar beneden bijstellen. Het zou kunnen dat het voor De Botton werkt, omdat hij iemand is die heel erg vanuit zijn hoofd leeft. Voor mij is De Botton geen voorbeeld, net zomin als een zenboeddhist dat is. Alsof dit het ultieme mens-zijn is: totaal onthecht zijn van alles en iedereen. In essentie is de mens gemaakt om zich te hechten, om verbinding te zoeken. Je kunt je leven prima op orde hebben als single, maar dat neemt niet weg dat de meeste mensen beter af zijn als ze met iemand samenleven. Als je thuiskomt en weet dat er iemand op je wacht - al is het een hond - dan daalt je stressniveau."
Het zijn volgens Ponnet niet onze verwachtingen die ons geluk in de liefde in de weg staan, het zijn onze angsten. Onze angst om afhankelijk te zijn, om ons over te geven aan de ander, al die wat-alsvragen die de ratio graag opwerpt. ‘Onze tijd lijkt vooral op zoek naar een manier om het lijden te verminderen", zegt Ponnet. ‘Dat zie ik bij Alain de Botton, maar ik zie het ook in de toenemende belangstelling voor alternatieve relatievormen zoals de polyamorie, waarbij je in zekere zin het risico spreidt over verschillende partners. Je vermijdt het liefdesverdriet niet als je verschillende geliefden hebt, maar je vermindert wel het risico dat je alleen achter blijft."
De romantische liefde die Ponnet verdedigt, is donkerder van kleur dan het Disneycliché van rozengeur, maneschijn en passie. Als late tiener liet ze zich graag uit haar evenwicht brengen door het beeld van de onmogelijke liefde in de literaire klassiekers als Anna Karenina of Van de koele meren des doods gestalte krijgt, of vroeger nog, in het startschot van de romantiek dat Het lijden van de jonge Werther van Goethe was. Het is een liefde die begint bij de verwarrende totaalervaring die verliefdheid is, die het risico niet schuwt, en die vaak slecht afloopt. ‘Het zijn dramatische liefdes, onmogelijke liefdes zelfs. Liefde is ook lijden. Er is onzekerheid, verlatingsangst, zeker in het begin van een verliefdheid, als je naast je telefoon zit te wachten op een bericht. Maar ook in latere fases blijft er een tekort. Je verlangen wordt nooit helemaal ingevuld. Daar moeten we mee leren leven. Ik geloof niet dat je het lijden in relaties kan uitsluiten. De pijn is de keerzijde van het belang dat we aan de liefde hechten. Ze is zo essentieel in onze levens, dat we het lijden ook moeten omarmen. De Disneyversie bestaat - soms vinden mensen de liefde van hun leven plots tegenover zich op de trein, maar het is een onvolledig beeld. De negentiende-eeuwse manier van kijken, het onvermogen om tot vervullende liefde te komen, vult dat beeld aan. Het zijn twee stukken van de puzzel die de romantische liefde is."
Intuïtie vs. ratio
Hoeveel pijn de liefde kan berokkenen, is de rode draad door het pas verschenen boek De ongeneeslijke romanticus. Daarin vertelt de psychotherapeut Frank Tallis, expert in obsessies en dwangneuroses, verhalen uit zijn praktijk, verhalen die allemaal draaien om het falen van de liefde. Mensen komen bij hem op de bank zitten nadat hun geliefde hen verlaten heeft, of gestorven is, of nadat ze hun geliefde weggejaagd hebben met pathologische vormen van jaloezie. Stuk voor stuk zijn het mensen die de liefde toegelaten hebben, zich daarmee kwetsbaar gemaakt hebben en de controle over hun leven verloren hebben. Niet voor niets haalt Tallis in zijn voorwoord Lucretius aan, die de verliefden omschreef als dwazen, in de ban van een allesverterende verslaving, vastgeklonken door de godin van de liefde in ‘boeien van staal".
De verliefde is een makkelijk mikpunt van spot. Dat was in de Oudheid al zo, en dat is in onze tijd, die controle en onafhankelijkheid hogelijk waardeert, niet anders. De ongeneeslijke romanticus past in de trend die de romantische liefde wantrouwt: strikt genomen is het een catalogus van ziektebeelden die veroorzaakt zijn door de liefde. Al lezend besef je dat er amper een grens is tussen normaal en pathologisch als het over de liefde gaat. Tallis toont zo hoe gevaarlijk verliefdheid is, maar ook hoe groot de inzet is. Zo bekeken is het boek zowel een waarschuwing tegen als een verdediging van de liefde, afhankelijk van de emotionele staat waarin je het leest.
Ook laten de verhalen uit de praktijk van Tallis zien hoe weinig beheersbaar liefde is - nog zoiets waar we volgens Ponnet opnieuw mee moeten leren leven. ‘Tinder is het sluitstuk van een evolutie waarbij we de liefde als boekhouders zijn gaan benaderen. We hebben een checklist van uiterlijkheden en interessegebieden die we denken te moeten afvinken. Dat werkt niet, de enige logica die verliefdheid volgt, is een emotionele. Hoe de hechtingsbehoeften van mensen op elkaar inwerken, begint de wetenschap pas nu beter en beter te begrijpen. Wat relaties met ons doen, is veel complexer dan een lijst adviezen om je relatie te doen "slagen". Al die experts die opdraven in programma"s als Blind getrouwd en Koppels, al die tips in de bladen: al die adviezen zijn contraproductief. We hebben geen vertrouwen meer in onze competenties in de liefde. We geloven nog amper dat we liefde waard zijn en we weten niet hoe we lief kunnen hebben. We vertrouwen onze intuïtie niet meer, terwijl die een betere raadgever is dan de ratio alleen. Intuïtie combineert ervaring en gevoel, ze heeft voeling met je verlangens, die allemaal onbewust met hechting te maken hebben. Als ik met dit boek iets wil bereiken, dan wel dat mensen opnieuw in hun talent voor de liefde gaan geloven."
Rika Ponnet, ‘Alleen met jou", is uit bij Lannoo.
Frank Tallis, ‘De ongeneeslijke romanticus", is uit bij Atlas Contact.
Vijf populaire misverstanden over romantische liefde
1) Liefde is blind.
‘Als je verliefd bent, zie je ook al alle mankementen van je geliefde. Alleen: ons verlangen om het waar te maken is veel groter dan onze angsten. We detecteren die dingen, maar zien ze nog als charmant. Je weet of iemand dominant, of jaloers en verstikkend is, of de neiging heeft zich in zichzelf terug te trekken. De dynamieken die later in een relatie soms een probleem worden, zijn er meestal van bij het begin."
2) De verliefde verliest zijn verstand.
‘Verliefdheid is geen verstandsverbijstering. De verliefde beseft dat hij verliefd is en kan perfect analyseren wat er aan de hand is. Als je verliefd wordt terwijl je een relatie hebt, bijvoorbeeld, kun je rationeel nadenken over de gevolgen van je vertrek. Alleen helpt je verstand dan niet. Beslissen om weg te gaan is nooit een rationele keuze, dat is altijd een gevoelskwestie. Het is een strijd tussen het verlangen naar een ander leven en de angst voor het verlies van wat je hebt."
3) Cupido schiet meer fout dan juist.
‘Je wordt nooit verliefd op de verkeerde. Het is niet omdat een relatie niet werkt, dat je verliefdheid mis was. Wie je raakt, wordt bepaald door je emotionele voorgeschiedenis en je positie in het leven. Daardoor is verliefdheid ook zo verrijkend: verliefdheid kan je helpen om heel scherp naar jezelf te kijken. Het leert je waar je in je leven staat, wie je bent."
4) Verliefdheid is voor pubers.
‘Verliefdheid is een uiting van het verlangen naar verbondenheid, daar staat geen leeftijd op. Waarom je voor iemand valt, verandert wel. Bij pubers is er nog veel narcisme mee gemoeid, ze zoeken vooral bevestiging. Naarmate je ouder wordt, ga je je keuzes veel meer vanuit jezelf maken - niet meer vanwege wat hoort volgens de sociologische wetmatigheden of de normen in je familie of peer group."
5) Echte liefde is voor het leven.
‘Als je verliefd bent, droom je er natuurlijk van om tot de dood samen te blijven. Maar je kunt dat niet afdwingen. De trouwbelofte is de grootste bullshit die er bestaat: je kunt steun beloven, en trouw, en eerlijkheid, maar je kunt niet beloven dat je iemand de rest van je leven graag zal zien."
Wie de romantiek openlijk viert, is voor anderen naïef en goedgelovig. Zonde, vindt seksuologe en relatiebemiddelaar Rika Ponnet. ‘Hoog tijd om de romantische liefde weer een centrale plek in ons liefdesleven te geven.' Vandaar haar boek ‘Alleen met jou'. Een pleidooi voor de romantische liefde. Artikel van Barbara Claeys voor Libelle
Een roos tussen de lippen als teken van herkenning bij de eerste date. Een etentje bij kaarslicht. Bij ondergaande zon hand in hand langs de waterlijn. Robbie Williams die zijn engelen bezingt. Ook de neiging om nu al met opgetrokken wenkbrauwen het hoofd te schudden? Je bent ongetwijfeld niet de enige. Voor steeds meer mensen zijn rozen, kaarslicht, hand in hand wandelen en zangers die de liefde uit volle borst bezingen klef, melig en heel erg fout. Romantiek is niet meer populair. Ze zou enkel in sprookjes en Hollywood bestaan. Ze schept onrealistische verwachtingen en legt de relatielat veel te hoog. Weg ermee, schreeuwen we graag in koor. Om dan toch stiekem even weg te smelten bij Hugh Grant, Mc Dreamy of Leonardo. Of onder de douche Adèle, Ed Sheeran of Bruno Mars luidkeels mee te kwelen. Met de nadruk op stiekem. Want wie de romantiek openlijk viert, is voor anderen naïef en goedgelovig. Zonde, vindt seksuologe en relatiebemiddelaar Rika Ponnet. ‘Hoog tijd om de romantische liefde weer een centrale plek in ons liefdesleven te geven." Vandaar haar boek ‘Alleen met jou'. Een pleidooi voor de romantische liefde.
Waarom moeten we de romantische liefde dringend weer in ere herstellen?
Rika Ponnet: ‘Omdat romantiek ons zelfvertrouwen op relatievlak een boost geeft en ons helpt om stappen en emotionele risico"s te nemen. In tijden van relationele twijfel en angst kunnen we dit best wel gebruiken. Al vijfentwintig jaar werk ik als relatiebemiddelaar. Ook ik merk het in mijn praktijk: we zijn nog nooit zo onzeker geweest op liefdesvlak. Bijgevolg proberen we de risico"s zoveel mogelijk te beperken. We zijn bang om te falen in de liefde. Dus bannen we de romantiek en proberen we de liefde en relaties vooral rationeel te bekijken. Omdat het verstand ons een veiligere optie lijkt dan ons hart. En dit terwijl romantiek de krachtigste lucifer blijft om het vuur tussen twee mensen aan te steken. Romantiek die ‘werkt" tussen twee mensen, is een liefdestaal. Ze zorgt ervoor dat we de ander herkennen en erkennen als die unieke persoon met wie we het liefdesverhaal kunnen schrijven waar we, vanuit onze eigen emotionele geschiedenis, het liefst deel van willen uitmaken. Romantiek is ten volle liefde geven en ervaren en kan je relatie zoveel rijker maken."
Hoe verklaar jij onze onzekerheid op liefdesvlak?
Rika Ponnet: ‘De manier waarop we vandaag naar relaties kijken en over relaties praten is te vaak negatief. We gaan te snel uit elkaar, we zetten ons te weinig in, we zijn te egoïstisch, we hebben er niets meer voor over. We leven in een problematiserende cultuur waarin we telkens weer als boodschap te horen krijgen dat we niet goed bezig zijn op vlak van liefde en relaties. Dat we er op ons eentje niets van bakken. En dat we het anders ‘moeten" aanpakken. We hebben hulp nodig om relationeel te slagen omdat we zelf niet competent zouden zijn in de liefde. En dat creëert faalangst. We worden bang. En wie bang is, wil controle en verkiest het hoofd boven het hart. Maar net die beredeneerde liefde kan een bevredigend liefdesleven heel erg in de weg staan. En dat is zonde. Vandaar dit boek dus. Een pleidooi voor de romantische liefde. En het feit dat we best wel wat ambitieuzer mogen zijn op liefdesvlak.
Wat is er met onze liefdesambitie aan de hand?
Rika Ponnet: ‘We durven onze liefdeslat niet meer hoog te leggen omdat we vaak als advies te horen krijgen dat dat niet nodig is. Zelfs van therapeuten en experten. Goed is goed genoeg. Ik vind Alain de Botton een bijzonder interessant iemand. Maar met zijn laatste boek ‘Weg van liefde" had ik moeite. We zouden volgens hem teveel belang hechten aan het romantisch liefdesideaal. We moeten onze verlangens leren beteugelen, zegt hij. En tevreden zijn met minder. De zogenaamde zesjescultuur. Waarom zouden we streven naar een tien als een zes goed genoeg is? Professor cognitieve psychologie Walter Duyck lanceerde deze term toen hij het over de prestatiemotivatie van steeds meer kinderen had. Kinderen die op school snel tevreden zijn met een resultaat dat niet goed genoeg is. In de liefde is dat net zo. We leggen onze lat niet hoog genoeg. We starten met te weinig ambitie. Voor zolang het duurt, we zien wel, het is goed genoeg... Met een dergelijke ambitie bereik je op liefdesvlak niets. En toch krijgen ook koppels dit op relatietherapie te horen. Als de Botton zegt dat we minder romantisch moeten zijn, wat is dan de onderliggende gedachte? Moeten we minder romantisch zijn om uiteindelijk gelukkiger te worden in de liefde? Of helpt minder romantiek om onze relatie zo lang mogelijk te laten duren? Naar alle waarschijnlijkheid stuurt ook hij aan op minder verlangens en meer ratio in de relatie. Maar de vraag is dan: willen we dit wel? Willen we een relatie zonder romantiek om die zo lang mogelijk te laten duren? Ik twijfel sterk."
In hoeverre hebben programma"s als Blind Getrouwd, Koppels en Seks Tape hun succes te danken aan onze onzekerheid op relatievlak?
Rika Ponnet: ‘Onze onzekerheid zorgt ervoor dat dergelijke programma"s blijven bestaan. Omdat we net omwille van die onzekerheid hunkeren naar advies en hopen dat we die tijdens het kijken zullen krijgen. Alleen jammer dat in dergelijke programma"s vaak onzin uitgekraamd wordt. Als je als koppel de intimiteit wil vergroten, dan moet je elke dag minstens een half uur tongzoenen. En dit een week aan een stuk. Of iets dergelijks. Als ik zoiets hoor, keert mijn maag. Klopt het dat tongzoenen één van de meest intieme dingen is? Uiteraard. Maar als het tussen een koppel al niet goed gaat, dan lost een half uur tongzoenen echt niets op. We krijgen van alles door onze strot geduwd. En dat maakt heel wat mensen erg onzeker. Want ze doen het anders dan hoe ze het in het programma adviseren. Zijn ze dan wel goed bezig? Ze krijgen tips die de hele populatie verder zouden helpen. Het feit dat elke context en liefdesgeschiedenis uniek is, daar wordt geen rekening mee gehouden. Iedereen gelijk voor de wet, ook op liefdesvlak. Dat is toch pure onzin. Net als het feit dat ze in sommige programma"s laten uitschijnen dat het verstandig is om een eisenlijstje te maken vooraleer je je in een relatie stort. De perfecte match moet vooral iemand zijn die goed op ons lijkt. Dus gaan we eerst even de gewenste leeftijd, lengte, diploma"s en woonplaats oplijsten en nog voor de eerste ontmoeting checken wat zijn of haar lievelingsgerecht, muziekgenre of reisbestemming is. Neem het van mij aan: de ‘juiste" partner hoeft echt niet te beantwoorden aan een lijstje met voorwaarden maar is in eerste instantie iemand die je ontmoet, raakt en met wie je een connectie voelt. Het rationeel daten op basis van zogenaamd sociologische en biologische wetmatigheden doet je uiteindelijk kiezen met je hoofd en niet met je hart. En dit terwijl partnerkeuze niet over inhoud gaat maar over lichamelijk ervaren, voelen en denken. Een totaal gevoel van tot elkaar aangetrokken zijn. En dat het zo belangrijk is om altijd opnieuw voor die verliefdheid ontvankelijk te zijn. En niet op basis van een foto de kansen in te schatten en wel of niet af te spreken."
Dan heb je het over datingapps als Tinder?
Rika Ponnet: ‘Absoluut. Op zich is er niets mis met een dergelijke app. Als je het maar blijft relativeren. Soms is het zelfs handig. Onlangs sprak ik iemand die vaak naar het buitenland moet omwille van zijn werk. Dan verblijft hij enkele dagen in een stad waar hij niemand kent. Via Tinder spreekt hij dan soms af met iemand. En gaat hij op stap met een local. Super toch? Pas als je vastberaden bent om de foto te laten bepalen of je wel of niet date met iemand, wordt het wél gevaarlijk. Primarkdaten, zo noem ik het. Ogen die glijden over foto"s en als een foto hen bevalt, swipen ze impulsief naar rechts. Binnen de kortste keren hebben ze een boodschappentas vol ‘matches". Om dan in heel wat gevallen uit een gekozen contact enkel te halen wat ze nodig hebben en de match vervolgens te verbannen naar de prullenmand. Onlinedaten heeft veel weg van shoppen bij goedkope ketens. Je promoot jezelf alsof je die spotgoedkope trui in de etalage bent. En je ziet anderen net zo. Als de kleuren al na twee wasbeurten vervagen, aarzel je niet om ze weg te gooien. De huidige datingcultuur is niet meer op verbinding maar op verwerping gericht. Tinder is daar het ultieme voorbeeld van. De app vraagt je oordeel, dat je vaak uitsluitend baseert op een foto. Je moet actief ‘liken" maar vooral ook actief afwijzen. Wie op Tinder honderd foto"s te zien krijgt, swipet er doorgaans 95 weg en vijf naar rechts. En natuurlijk bloeien er ook mooie liefdesverhalen dankzij dating apps. Maar de totale kostprijs, de emotionele schade die online daten met zich mee kan brengen, lijkt me zoveel groter."
Dit boek is een pleidooi voor de romantische liefde. Maar tegelijkertijd houd je ook een pleidooi om scheidingen op een positievere manier te bekijken. Hoe rijm je dat?
Rika Ponnet: ‘Niemand scheidt zomaar. Scheiden doen mensen zo goed als altijd na een periode van heel hard proberen en diepongelukkig zijn. Als ik dit op lezingen vertel, zijn er steeds weer gescheiden mensen die heel emotioneel worden. ‘Dus hoef ik mezelf niet als een falend iemand te zien?" lees ik dan in hun ogen. Natuurlijk niet.
Een langdurige relatie is heus niet altijd een duurzame relatie. Ik vergelijk het vaak met een gebouw. Het is niet omdat een gebouw honderd jaar oud is dat het een waardevol gebouw is. Er zijn gebouwen die na een tijd beter afgebroken worden. Dat is met relaties net zo. En toch wordt er steeds weer op diezelfde nagel geslagen: je bent maar geslaagd in je liefdesleven als je je relatie jarenlang overeind houdt. Tot de dood jullie scheidt. We hebben vandaag zo"n grote vrijheid om te doen en laten wat we willen en toch blijven we ons en anderen op relatievlak in datzelfde moraliserende kader duwen. Huwelijken en relaties zijn onderworpen aan de dictatuur van de tijdsduur. We applaudisseren als een relatie de tand des tijds doorstaat. We zien het als een mislukking als dat niet zo is. In een maatschappij waar ruim een derde van de huwelijken en de helft van de liefdesrelaties niet stand houden, kunnen we dat alleen maar zien als een gedateerde manier om naar relatiebreuken te kijken. Huwelijken uit de jaren vijftig kan je niet vergelijken met relaties van nu. De basis is niet langer het rollenpatroon maar een soort van overlegmodel. Mannen en vrouwen zijn economisch minder afhankelijk van elkaar. We willen dat onze partner vooral ons maatje en onze minnaar of minnares is. Gevoelsmotieven wegen nu veel zwaarder door. We verbinden ons op een emotionele basis en we zetten er om dezelfde reden een punt achter. Het zou een enorme winst zijn als we scheiden en breken niet zouden zien als een persoonlijke mislukking, maar als een uiting van ons verlangen om te houden van. Ook scheiden is heel vaak een roep om verbinding."
De manier waarop we ons als kind binden of hechten heeft een enorm invloed op latere relaties, schrijf je.
Rika Ponnet: ‘Dat is zo. Iedereen wil zich verbinden. Die behoefte is aangeboren. Van zodra je op de wereld komt, streef je naar een verbondenheid met de eerste mensen in je leven. Vaak gaat het dan om de ouders. Die verbinding is een manier om er zeker van te zijn dat er voor je gezorgd zal worden. Ons hechtingssysteem is een belangrijk overlevingsmechanisme. En zo bepalend in verdere relaties. Hoe we denken, handelen en zijn, ook op relatievlak, wordt grotendeels bepaald door die emotionele voorgeschiedenis en onze eerste ervaringen met hechting. Vandaar het belang om je eigen hechtingsstijl te kennen en om bereid te zijn om de hechtheidshandleiding van je partner te lezen. Om als volwassene op een gezonde manier met intimiteit en conflict te kunnen omgaan, moet je als kind een min of meer veilige hechtingsstijl hebben ontwikkeld."
Wanneer is iemand veilig gehecht?
Rika Ponnet: ‘Als er een gezond evenwicht is tussen autonomie en verbondenheid. Je hebt zelfvertrouwen, je kan terugvallen op jezelf, je durft op eigen benen te staan. Maar tegelijkertijd heb je ook vertrouwen in anderen en ben je niet bang om je te binden. In mijn vorige boek ‘Blijf bij mij" introduceerde ik al de vier basishechtingstijlen: veilig gehecht, angstig gehecht, afwijzend-vermijdend en angstig-vermijdend en toonde ik de impact ervan aan op ons relationeel leven. ‘Alleen met jou" gaat veel verder. Het toont je vanuit welke behoeftes en emoties mensen zich verbinden en hun relatie vorm geven en hoe ze daarin kunnen vastlopen. Mijn pleidooi voor de heropwaardering van de romantische liefde hangt daarmee samen. Op het moment dat we verliefd worden, krijgen we glashelder te zien waar onze allerdiepste behoeftes en verlangens als mens liggen. Die diepste behoeftes zijn bij ons allemaal min of meer gelijk: erkenning krijgen, liefdeswaardig zijn, door de ander bevestigd worden. Maar ook zichzelf mogen zijn, zich mogen ontplooien als mens, graag gezien worden zoals je bent. Doordat we ons vaak niet bewust zijn van die verlangens of ze onvoldoende kennen, brengen we ze vaak ‘anders" naar buiten of herkennen we ze niet bij de ander. Wat dit met ons, onze partner en relatie doet, komt in ‘Alleen met jou" uitgebreid aan bod. Net die inzichten en kennis kunnen je helpen om anders naar je relatie en eventuele relatieproblemen te kijken. Een tijd geleden kwam na een lezing een vrouw op me toegestapt. ‘Dankzij je boek ‘Blijf bij mij" ben ik gelukkig gescheiden," zei ze. ‘Na het lezen ervan had ik door dat het in mijn huwelijk nooit zou gaan over water bij de wijn. We maakten geen enkele kans." Zoiets raakt me en sterkt me in de overtuiging om deze kennis verder te delen."
Wat betekent romantiek voor jou? Wanneer zijn we romantisch bezig?
Rika Ponnet: ‘Hoe je romantiek vorm kan geven, bepaal je uiteraard voor jezelf. Uit ervaring weet ik dat koppels die wél nog geloven in het belang van romantiek op een heel mooie en bijzondere manier romantisch uit de hoek kunnen komen. Zo zag ik onlangs tijdens het hardlopen langs het water een stuk muur onder een afhangende struik, bewerkt met graffiti. De muur stond vol grote, knalrode harten. In de struik had de romanticus van dienst weelderig rode linten opgehangen. Ik kan me niet voorstellen dat zijn geliefde hierop geen ja heeft gezegd. Of één van mijn cliënten zong op een dag, onder begeleiding van wat onbeholpen gitaargetokkel, een lied in en stuurde het via de smartphone door naar de vrouw van zijn dromen. De eigentijdse versie van de serenade op het balkon, zeg maar. Ze vond het geweldig. Of het koppel dat twintig jaar samen was. Zij vertelden me dat ze onlangs langs een feestzaal kwamen waar een trouwfeest aan de gang was. De deuren stonden open, er speelde een romantisch nummer. Ze keken elkaar aan, lachten, gingen naar binnen en dansten alsof het de eerste keer was. Mooi toch? Romantiek kan in onnoembaar veel kleine dingen zitten: briefjes in de boterhamdoos, liefdevolle post-its of sms"jes, een plotse streling van de rug, het glas wijn dat klaar staat als je thuiskomt, het volgelopen bad, dat complimentje bij een nieuwe jurk, woorden die enkel voor jullie een betekenis hebben... Stuk voor stuk uitingen van liefde en affectie die ons diep kunnen raken en ervoor zorgen dat we de ander zien en blijven zien als de juiste keuze. Maar nog eens, hoe je als koppel die romantiek invult, is zo persoonlijk. Wat in de ene relatie werkt, werkt niet noodzakelijk in de ander. Het allerbelangrijkste is steeds weer opnieuw: stem af op de ander en op wat jullie relatie nodig heeft. Ga niet af op tips van anderen, maar zoek je eigen tips die werken voor jullie. Dat is op zich al een enorme daad van romantiek."
Na ‘Blijf bij mij' is er ‘Alleen met jou', het nieuwe boek van relatietherapeute Rika Ponnet. Hierin bouwt ze nog verder op de hechtingsstijlen volgens John Bowlby. In de hechtingsstrategieën ziet ze een kans om alsmaar dichter te komen bij onze diepste behoeftes aan verbinding. Artikel van Tanja Dierckx voor Metafoor
In 2015 leerde ik Rika kennen. Zij was toen gastschrijver voor het magazine waarvoor ik tot voor kort werkte als chef human interest. Een maand lang opereerden we samen op diverse print- en digitale platformen. Vooral haar professionaliteit viel me toen op, en ook de manier waarop ze markante stellingen durft poneren. Dit doet ze vanuit een sterk doorzicht in relatiedynamieken, gebaseerd op jarenlange ervaring. Kortom: een vrouw die weet waarover ze praat.
Dat voel je ook als je haar nieuwe boek leest. ‘Alleen met jou' kan geïnterpreteerd worden als een uitnodiging om steeds meer inzicht te verkrijgen in je eigen hechtingsstrategieën en die van je partner, op een dieper niveau vraagt het om meer openheid en kwetsbaarheid in de intieme relatie. Zelf noemt ze het een pleidooi voor de romantische liefde.
We ontmoeten elkaar bij Duet in Gent, waar Rika al meer dan twintig jaar hoopvolle singles ontvangt en relatietherapie geeft aan koppels. Deze job leverde haar ook de rol van lovecoach op in het EEN-programma ‘Vind je lief". We drinken koffie, gebracht door Rika"s innemende man Mark.
Rika, eerst even terug naar ‘Blijf bij mij", je vorige boek uit 2012. Veertigduizend exemplaren verkocht, and still counting. Had je dat verwacht?
"Toen ‘Blijf bij mij" er lag, had ik het gevoel dat het ging werken. Maar de omvang en de impact ervan doet mij nog steeds versteld staan. In Vlaanderen was dat hele verhaal rond hechting al redelijk bekend, vooral dankzij Peter Adriaenssens, maar dan eerder met betrekking tot opvoeding, de hechting tussen ouders en kinderen. Ik hertaalde het naar volwassenen, illustreerde het met voorbeelden van hier en legde de link naar de machtsstrijd tussen koppels. Mijn insteek was: we zijn van een rollenpatroon naar een overlegmodel geëvolueerd, waardoor partners steeds meer hun positie binnen de relatie moeten bepalen. En onder het machtsvertoon dat daarmee gepaard gaat, zit het verlangen naar verbinding."
Ik maak regelmatig mee dat cliënten bij mij komen en zeggen: we hebben het boek van Rika Ponnet gelezen en we willen het hebben over hechting. Ik hou wel van dat soort cliënten.
"Ik ook. Want als ze dat aangeven, staan we al drie gesprekken verder, toch? (lacht) Het betekent dat ze met het meest fundamentele in relaties bezig zijn. Ze spreken dan in termen van ‘veilig", ‘angstig" en ‘vermijdend" en gebruiken die woorden om zichzelf en de ander te definiëren. Het goeie daaraan is dat ze een heldere taal hebben gevonden om dingen te benoemen. Als ze die echter inzetten om elkaar te culpabiliseren, ga ik niet meer akkoord. ‘Hij of zij is een vermijder, wat denk jij ervan?", vraagt iemand dan. Ik zal dat nooit bevestigen, want het gaat hier niet om een typologie, wel om een dynamisch gegeven. Het is essentieel om een duidelijk onderscheid te maken tussen je hechtingsstijl, die vrij stabiel is doorheen de tijd, en het hechtingsgedrag dat je in een bepaalde relatie vertoont. Dat kan soms haaks staan op wat je verwacht vanuit je hechtingsstijl of ook totaal verschillend zijn geweest in een vorige relatie."
Het heeft geen zin om ons al te veel vast te pinnen op een vaste stijl, want we kunnen wel eens spontaan veranderen van strategie, hoor ik je zeggen.
"Inderdaad, zo kan iemand met een angstige hechtingsstijl in een relatie met iemand die vermijdend is, uitgesproken angstig hechtingsgedrag vertonen: controleren, vaak contact zoeken, piekeren over de betrokkenheid van de ander ... Diezelfde persoon kan in een relatie met een nog angstiger gehecht iemand, zich opvallend vermijdend gaan gedragen. Zijn of haar hechtingsstijl blijft angstig, maar door de dynamiek in de relatie, het aanvallende of claimende gedrag van de andere, kan hij of zij zich terugtrekken, weinig delen of afstand inbouwen."
Ik merk ook dat je in je nieuwe boek ‘Alleen met jou" duidelijk gaat normaliseren in plaats van problematiseren. Hechtingsgedrag is nooit pathologisch, zeg je.
"Door continu met de hechtingstheorie te werken, en ook te merken wat het met mensen doet, ben ik de afgelopen jaren enorm geëvolueerd. Ik sta nog steeds achter ‘Blijf bij mij", maar ik vind de analyse die het boek biedt nu wel hard en koud. De overslag naar ‘Alleen met jou" weerspiegelt mijn persoonlijke evolutie. Ik ga vandaag veel milder met een aantal dingen om. Ik kijk nu vooral naar hechtingsgedrag als een uiting van ons mens-zijn, van onze allerdiepste behoefte om lief te hebben en geliefd te worden. We starten immers allemaal onze relaties met hechtingstrauma"s. De liefde is altijd een poging om dat tekort, het onvervulde, datgene wat we niet gehad hebben, in te vullen. Want we hebben honger, niet alleen op biologisch, maar ook op psychologisch niveau. Het tekort zal altijd de drijfveer zijn. En eigenlijk moeten we ook getraumatiseerd zijn om evolutionair verder te kunnen als mens. Stel dat we perfecte ouders hadden, we zouden niet ver geraken."
Dan denk ik aan de noodzakelijke ‘val uit het paradijs". Die bereidt ons voor op de maatschappij, waar mensen rondlopen die niet perfect zijn en waar we dingen meemaken die pijnlijk zijn.
"Mensen denken vaak dat onveilige hechtingsstijlen gaan over kinderen die zwaar getraumatiseerd zijn. Maar niemand is 100% veilig gehecht. Ouders kunnen nooit helemaal tegemoetkomen aan de verwachtingen van het kind. Er zullen altijd momenten zijn dat het in de kou stond, of dat er bepaalde gebeurtenissen een niet bedoelde impact hadden. Dat is ook heerlijk ontlastend voor ouders: we moeten het niet perfect proberen te doen, want onze kinderen moeten gefrustreerd en op zijn minst deels getraumatiseerd zijn (lacht). In het scheppingsverhaal wordt de mens uit het paradijs geschopt en vanaf dan is het ploeteren. Er zal altijd tekort zijn, en dus pijn en lijden. Dat is het leven. En met het tekort als drijfveer belanden we in dynamieken waarin zaken die niet ingevuld werden, getriggerd worden. En zoeken we daar een invulling voor."
Dan komen we bij de liefde, waarin emoties een sleutelrol spelen. In jouw model ‘de liefdesacht" werk je met de primaire en secundaire emoties.
"Primaire emoties vloeien rechtstreeks voort uit de hechtingsbehoeften. Die zijn vrij eenvoudig en puur. Die gaan altijd over bestaansrecht, te mogen zijn wie je bent. Autonomie, dus. En daarnaast over het verlangen naar verbondenheid en het afhankelijk mogen zijn. Zie mij! En mag ik mezelf zijn vanuit verbondenheid? Ik die mezelf niet moet aanpassen, wegsteken of ontkennen. En jij die me toont dat je me nodig hebt en met mij verder wilt. Deze primaire emoties liggen aan de basis van ons voelen en handelen, maar komen meestal op een andere manier naar buiten, onder de vorm van secundaire emoties. Die zijn reactief van aard en maskeren onze diepste hechtingsverlangens. Want de primaire ervaren we veelal als te kwetsbaar om er rechtstreeks uiting aan te geven."
Wat we zien tussen mensen zijn meestal de secundaire emoties.
"Bij de keuze van een partner zitten we vaak op het niveau van de secundaire emoties: het verlanglijstje of de checklist die we afvinken. Men noemt dat de narcistische verlangens: uiterlijke kenmerken, de ideale leeftijd, job, hobby"s en dergelijke. Zo had ik een vrouw op gesprek die geen Werchter-type wenste, want zij ging naar Tomorrowland en ‘dat werkt toch niet". Deze vrouw was ervan overtuigd dat het nooit zou kunnen klikken, en dus wilde ze hem niet ontmoeten. ‘Wat als we naar zee rijden en hij zet de radio op Studio Brussel, terwijl ik liever naar MNM luister?", vroeg ze, ‘Dan heb je toch direct ruzie?". Als je doorvraagt dan draait het om angst voor conflict en zelf afgewezen te worden, een uiting van dieper liggende bindingsangst. Als hij naar Werchter wil, zag zij dat niet gewoon als een verschil, maar bijna als een afwijzing. Als iemand op alle vlakken bij je past, en hij gaat elk jaar een keer naar Werchter, heeft een relatie dan geen kans? Geloof me: daar kom je overheen ..."
Ook in therapie zie je koppels vaak vastlopen op het niveau van de secundaire emoties.
"Koppels die zich in een aanval-verdedigingsmodus bevinden, zitten op het niveau van de secundaire emoties. De ‘angstige" zegt dan vaak: ‘Ik ben emotioneel, gevoelig". De ‘vermijder" reageert daarop: ‘Ik ben rationeel, ik relativeer dat allemaal". Maar niemand is 100% rationeel, alle mensen zijn emotioneel. ‘Ben je dan nooit kwaad?", vraag ik dan. ‘Jazeker", is het antwoord. Wel, dat is emotioneel! Rationele mensen bestaan niet. Als iemand rationaliseert heeft dat te maken met angst om volgens zijn of haar emoties te leven. Dat zijn allemaal strategieën. De onderliggende vraag van de eerste was eigenlijk: ‘Waar zit jouw nood? Ik zie ze niet. Dat maakt mij zo klein, dat jij je niet toont. Dat kan toch niet dat ik alleen zo klein, kwetsbaar en afhankelijk ben". Dan zitten we bij de primaire emoties."
Het hechtingsmechanisme is een copingstijl, een manier om het voor onszelf veilig te maken. We voelen ook feilloos aan dat de ander ons de mogelijkheid biedt onze veilige positie aan te nemen. Is dat ‘de klik", zoals dat heet?
"Jazeker. We willen een veilig liefdesklimaat creëren vanuit onze persoonlijke geschiedenis. Onbewust herkennen we de copingstrategieën van de ander. We zijn hier veel fijner geprogrammeerd dan we weten, al van sinds we een baby waren. Vanuit de neurologie wordt dat vandaag hoe langer hoe meer aangetoond, hoe afgestemd we zijn. Dat heeft te maken met oogcontact, gezichtsexpressies, intonatie van de stem, aanrakingen, etc... Ieder heeft op een bepaalde manier geleerd om de kwetsbaarheden rond zijn niet-ingevulde hechtingsbehoeften uit de weg te gaan. En dus verbind je je op zo"n manier, dat je dat op die manier kunt blijven doen. Dat is één manier om in een relatie te staan, maar dan blijf je helaas steken op het niveau van de secundaire emoties. De tweede, en dat ervaren velen als zeer onveilig, is dat de ander je rechtstreeks raakt op het niveau van de primaire hechtingsbehoeften. Dat is vaak de hals over kop-verliefdheid.
De ander komt op zo"n manier binnen dat je je er heel kwetsbaar bij voelt. Als je dat gevoel hebt, dan weet je: dit gaat heel diep. Iemand doet dingen met jou die je heel weerloos maken. Zoals die
man die op een vrouw afstapt en onverbloemd zegt: ik wil je. Zij hoort iets dat ze altijd heeft willen horen en valt voor hem. Dat maakt haar weerloos."
Jouw boek is een pleidooi om terug te gaan naar de romantische liefde, om hierin grote ambities te hebben en ook weerloos te zijn. Zit dat dan in het valideren van de primaire emoties?
"Vanuit het verlangen dat wij hebben om ons psychologisch en seksueel met elkaar verbonden te voelen, is dat de enige weg. En dat is een kwetsbare weg. Of beter gezegd: een weerloze weg. Maar het is niet omdat er pijnlijke kanten aan zitten dat we het kind met het badwater moeten weggooien. Want als je keihard verliefd bent op elkaar, dan overstijgt dit alles. We moeten vooral beter leren omgaan met die pijnlijke kanten van de liefde. Dit gaat niet over rationaliseren of je ergens bij neerleggen, maar vooral om te durven leven vanuit je gevoel. Dan gaan we ook dingen meemaken die ons raken in de beide richtingen, hemels én pijnlijk. Dat kunnen we dan zien als ‘in de liefde mens zijn". Op het moment van de verliefdheid staan we het meest naakt tegenover elkaar. Als je dit ziet als een kwetsbaarheid die te vermijden valt, of als je de pijn en het lijden niet wil, zal je deze perfecte staat nooit bereiken."
Op zoek gaan naar een veilig gehechte partner lijkt me plots eerder saai.
"Als mensen zich ontvankelijk opstellen in contacten, dan zullen ze vallen voor wie op dat moment emotioneel bij hen past. Trouwens, voor wie zelf geen evident relatietraject achter de rug heeft, acht ik de kans bijzonder klein dat hij of zij plots iemand zou ontmoeten die superveilig gehecht is. Ik zou het zeker niet als doel stellen."
Dus pleit je ervoor om vooral inzicht te krijgen in de primaire emoties.
"Inzicht en invoeling krijgen hoe we relaties vormgeven en sturen, is essentieel. Vooral invoelen dan, want snappen op een inzichtelijk niveau is één ding, maar afdalen naar het gevoelsniveau is iets anders. Daar moet je willen geraken, want daar leven ook de angsten. Ik pleit voor de romantische liefde, waar verliefdheid deel van uit maakt, want die laat ons glashelder zien wat onze diepste behoeftes en kwetsbaarheden zijn. Die krijgen we niet altijd makkelijk ingevuld binnen onze relaties: omdat we ze onvoldoende kennen, of zelfs helemaal niet. Omdat we ze ook niet herkennen bij onze partner."
Dat is ambitieus, en totaal iets anders dan mensen als Alain De Botton en Dirk De Wachter verkondigen. Zij gaan eerder voor ‘tevreden zijn met goed genoeg'.
"Alain de Botton bestempelt de romantische liefde als een illusie. Hij zegt dat we minder ambitie moeten hebben in de liefde en dat we onze verlangens moeten beteugelen, dat we bij aanvang testen moeten doen om te zien of we niet te veel conflicten gaan hebben. Als ik dat allemaal hoor, dan vraag ik me af waar hij over bezig is bezig: over de kwaliteit van relaties of over relaties die lang moeten blijven duren? De ambitie wordt bewust laag gehouden. Dat is in mijn ogen een pastoorsboodschap. Wat is de waarde van oud gebouw dat slecht gezet is? Ik vind dat we niet minder van de liefde moeten verwachten, maar méér. We moeten onze verlangens groter durven maken en ze als drijfveer zien. Niet inzetten op beheersen of controleren van onze verlangens, rationaliseren of filosoferen. Dat zijn nu net manieren om onze diepste, niet ingevulde verlangens te negeren."
Dat is een ferme stelling in een relatielandschap waarin de liefde vaak heel erg moeilijk blijkt.
"Maar al te vaak wordt er ingezoomd op het falen, de mislukking, de onmogelijkheid van de liefde. Door de focus te leggen op die lastige kant worden we angstiger in de liefde, en vanuit die angst durven we ons vaak niet meer te geven. Ik pleit ervoor om vaker de fantastische kant van de liefde te belichten, en zo een vollediger beeld te schetsen. We lijken soms te vergeten dat er een kant aan de liefde zit, die de lastigheid ervan de moeite waard maakt."
En toch gaan mensen vaak uit elkaar. De prognose is dat de helft van de mensen die zich vandaag verbindt, uit elkaar gaat.
"Mensen gaan vaak uit elkaar, precies uit verlangen naar verbinding. Het lukt niet bij die ene partner, dus gaan ze voor een andere. En daar hebben ze vaak ook gelijk in. Scheiden hoort erbij. Kijk naar de huwelijksjubilea: 25 jaar getrouwd is zilver, 50 jaar is goud. Een langlopend huwelijk wordt gezien als een prestatie, als iets geslaagds en de koppels als mensen die iets heel bijzonders waargemaakt hebben. Maar is langer altijd beter? Wat voor een houding is dat nu om te zeggen dat de ene helft een prijs verdient en de andere helft faalt!"
Een mooie uitdrukking in je boek vind ik: het gras is altijd het groenst waar het water krijgt. Er is dus werk aan de winkel. Ik merk dat steeds meer mensen de weg vinden naar relatietherapie.
"Ook bij Duet zien we de afgelopen jaren een enorme toename in aanvragen voor relatietherapie. We merken toch dat het meer en meer ingang begint te krijgen. Tegelijkertijd blijft het aanbod eerder beperkt, te beperkt. Ik denk dat vraag aan aanbod, en vooral gezien het vaak acute karakter van aanvragen, nooit helemaal op elkaar afstembaar zullen zijn."
Hoe zie je de toekomst van relatietherapie?
"Ik geloof ook nogal sterk in het concept van meerdere koppels tegelijk te begeleiden in groep, zoals in het Hold me tight-programma van Sue Johnson. Koppels kunnen daarin heel veel van elkaar opsteken. Dat concept doet me soms ook wat denken aan een goede vriendenkring, waar mensen in staat zijn om met elkaar ook dingen over hun relatie te bespreken, wat vaak al heel helpend kan zijn. Ik ben ook overtuigd van alle vormen van relatie-educatie. De kennis over wat we met elkaar doen in relaties, de diepere betekenis van ons handelen, voelen en denken, het is iets wat vaak nog heel beperkt wordt aangeboden. Verder vermoed ik dat het doel van relatietherapie ook deels zal verschuiven van ‘proberen bij elkaar te blijven" naar ‘goed uit elkaar gaan". En tenslotte denk ik dat elke therapie een vorm van relatietherapie is. In de praktijkruimte zit nooit alleen de cliënt, maar met hem/haar van één persoon tot heel veel volk. Relatietherapie helpt enorm voor jezelf als therapeut om altijd opnieuw de mens in zijn context, in zijn systeem te zien en te voelen."
Stel dat je John Bowlby nog zou kunnen ontmoeten, wat zou dat geven?
"Uiteraard is hij mijn grote inspirator. Zijn hechtingstheorie is bekend, maar Bowlby als persoon minder. De boodschap was belangrijker dan de man, zowat het omgekeerde van Freud en daar heb ik een enorm respect voor. Bowlby zit voor mij in de top-vijf van de grootste denkers van de vorige eeuw. Daarnaast leek hij me een enorm toegankelijke en aimabele man en ik zou het met hem zonder twijfel over zijn werk hebben. Een gesprek over zijn gedachtengoed, zijn bevlogenheid en inzichten kunnen hebben, dat lijkt me een enorm geschenk."
Sue Johnson heb je ontmoet in haar eigen huis in Ottawa waar je mocht deelnemen aan een intervisie-avond.
"De inspiratie die dergelijke bevlogen mensen overdragen vanuit hun werk met mensen, de authenticiteit ook, is iets wat me altijd zal bijblijven, ook als bron voor mijn eigen werk en weg. Ik ben Sue Johnson dankbaar voor haar EFT-kader en ik blijf haar uiteraard volgen, net als het werk van een aantal mensen die mee haar gedachtengoed vormgeven. Ik ben ervan overtuigd dat zij de basis heeft gelegd voor een denk- en werkkader rond relaties dat zich almaar sterker zal doorzetten en ook vanuit bijvoorbeeld neurologische hoek almaar meer onderbouw zal krijgen. Relatiewetenschap wordt ooit een vak, denk ik."
Ik zou nog uren met Rika kunnen praten, en dat zullen we ooit wel eens doen, maar nu wacht er een hoopvolle single op een gesprek. Dus maak ik me uit de voeten, een stuk ambitieuzer dan ik ben binnengekomen. Ik raad iedereen, en niet alleen therapeuten, om ‘Alleen met jou" te lezen. Voor singles die zich bewegen in het courante landschap van online daten, checklists en algoritmen kan het - op zijn minst - een alternatief bieden om naar relatievorming te kijken. Voor koppels kan het confronterend zijn: een gebrek aan romantiek en diepgang in de relatie. Of net bevestigend: wij zijn goed bezig. Sowieso gaat dit boek naar de kern van de zaak en geeft het ook handvaten om bewust met je relatie bezig te zijn. En vooral: elkaar tot in het diepste van je wezen te leren kennen. Als dat geen romantiek is ...
Rika Ponnet (50) is Master in de Germaanse Taal- en Letterkunde en seksuologe van opleiding. Sinds 1995 werkt ze als relatiebemiddelaar en -therapeut in haar eigen bedrijf Duet met vestigingen
in Gent, Leuven, Antwerpen en Hasselt. Zij schreef ‘Mijn leven als koppelaarster" (2006), ‘Blijf bij mij" (2012) en ‘Alleen met jou" (2018). Daarnaast schrijft ze columns voor diverse magazines en is
ze een veelgevraagd expert in de schrijvende pers. Rika is 25 jaar samen met Mark Boeykens, psycholoog en haar vennoot in Duet. Zij hebben een tweeling van tien, Anna en Charlotte.
Rika Ponnet is relatiebemiddelaar, seksuoloog, bestsellerauteur en spreker. Ze is een autoriteit in haar vakgebied en wordt om de haverklap om haar mening gevraagd. Tegelijk is zij een van die zeldzame mediafiguren die immuun lijken voor overexposure. Ik kijk er dan ook naar uit om het met deze intrigerende dame te hebben over Primark-daten, de liefdes-8 en ondernemerschap in de liefde. Tekst: Kristien De Wolf voor Boeken magazine
We hebben afgesproken bij Alice in Gent. Het is mooi weer en Rika zit al op het terras. Ze draagt de haren niet opgestoken, zoals ik haar vroeger meestal gezien heb, maar los. De vakantiezon heeft haar gezicht nog niet verlaten en ze draagt een helblauwe jumpsuit die ik ook wel zou willen. Tijdens ons gesprek zal ik vooral een gepassioneerde vrouw te zien krijgen die ik nauwelijks kan bijhouden. Al vlug zal ik denken: laten we dit ijverige notablok maar opbergen en gewoon luisteren.
Op de cover van Alleen met jou staan twee mensen die bij elkaar op de schoot zitten. Heeft dit beeld een speciale betekenis voor jou?
Het beeld van de cover is heel belangrijk voor mij. Ik eindig het boek ook met een stuk dat bij die foto aansluit. We zijn voor de cover voor een rijper koppel gegaan. Eerst zaten ze gewoon naast elkaar, in romantische poses. Dat werkte niet. Reeds van vroeger vond ik mensen die op elkaars schoot zitten een zeer mooi beeld. De betekenis, de intimiteit. Het laatste stuk van het boek over de betekenis van de schoot, heb ik geschreven de allerlaatste dag voor het manuscript binnen moest. Het was echt een afsluiten. In dat stukje heb ik nog alles gelegd. Daarvoor heb ik het boek geschreven, voor het gevoel dat bij dat beeld past. En dan was het af. Op de knop drukken. Hier is het. Daarna ben ik hier op mijn eentje iets komen eten. Mijn pijp was uit.
Heel wat mensen gebruiken Blijf bij mij als een soort relatiebijbel. Waarom dit volgende boek?
De tijden zijn toch een stuk veranderd. Ik bedoel dan onder andere de technologie die zijn intrede heeft gedaan in ons leven. Het eerste deel van het boek was er vrij snel. Dit is het deel waarin ik een overzicht geef van de manier waarop we anno 2018 daten, hoe we naar partnerkeuze en ook relaties kijken, en wat daar de gevolgen van zijn. Maar het tweede deel heeft een lang proces nodig gehad. Ik wist dat ik opnieuw iets over hechting wilde toevoegen. Dit is het onderwerp van het vorige boek Blijf mij. De hechtingstheorie blijft belangrijk, maar in herhaling vallen wilde ik niet. Ik wilde eveneens wegblijven van alle moraliteit, etiketten, definiëren. Het kader van Blijf bij mij leidt nogal gemakkelijk tot oordelen. Dat is niet de bedoeling, maar komt soms wel zo over. Hij of zij is onveilig gehecht, vermijdend. Mensen ervaren dat als een oordeel of gebruiken het als een soort van typologie om zichzelf, hun partner, anderen te labelen, te definiëren. Met dit boek nuanceer ik verder. De liefdes-8 incorporeert nog steeds de hechtingstheorie, maar is dynamischer en gaat ook diep in op emoties: de primaire emoties die diep in het onbewuste meespelen en de secundaire die we wel tonen, maar die toch een soort vertaling zijn. Mensen die eigenlijk verdriet hebben worden bijvoorbeeld boos. Daarnaast is er ook veel aandacht voor de wisselwerking tussen die emoties, gedrag, perceptie en jammerlijke misverstanden die daaruit voortkomen.
Wat is dat eigenlijk de liefde? Wat zoeken we in haar?
Toen ik het boek doorstuurde, schreef ik aan de uitgever: heel simpel samengevat? We starten allemaal op volwassen leeftijd aan relaties en we zijn allemaal getraumatiseerd. Iedereen heeft in zijn jeugd en kindertijd dingen meegemaakt. De liefde is een poging tot traumaherstel. Er is niet meer. We zijn er. Afgerond. Meer moeten we daar niet over zeggen (lacht).
Dikwijls herken je jezelf feilloos in de ander. Dat heeft niets met oppervlakkige gelijkenissen te maken of gedeelde interesses of levensstijlen, maar alles met de manier waarop we met intimiteit en kwetsbaarheid hebben leren omgaan. Vooral de dingen die we liever niet laten zien, die we als pijnlijk, beschamend heb- ben leren ervaren en de wijze waarop we die kwetsbaarheid camoufleren, lezen we in de lichaamstaal van de andere. Bij de start, onze geboorte, krijgen we allemaal twee essentiële ontwikkelings-domeinen op ons bord: ons verbinden met anderen en vanuit die veilige plek, haven, onszelf ontplooien tot een autonome man of vrouw die op zijn en haar beurt in staat is om voor anderen te zorgen. Die ontwikkeling verloopt nooit feilloos, omdat niemand perfecte ouders heeft of in perfecte omstandigheden opgroeit. Die niet of minder optimaal ontwikkelde aspecten gaan altijd over die twee domeinen: we hebben bijvoorbeeld intimiteit als bedreigend leren ervaren en gaan deze dus uit de weg. We vinden alleen iets doen heel onaangenaam en zoeken dus in alles wat de ondernemen steun bij anderen. We verpakken die kwetsbaarheden vaak als sterktes: zie ik eens hoe goed ik alles alleen kan (lees: ik heb er geen vertrouwen in dat er anderen er voor mij zullen zijn) of zie eens hoe gevoelig en relatiegericht ik ben (lees: ik heb het gevoel dat ik zonder relatie niet besta, het niet overleef). Heel vaak vallen mensen dan op iemand die dat kwetsbare deel voor hen invult zodat ze er vooral zelf ver weg van kunnen blijven. Zo ontstaat in elke relatie een basisdynamiek waarbij de ene meer die autonomie, die vermijdende rol invult en de andere meer het verbindende, de meer angstige pool in de relatie is. Meestal belanden mensen in de rol die ze goed kennen en die veilig aanvoelt, een soort context die ze van thuis kennen en op hun beurt vorm geven. Daardoor kan het zijn dat je na verloop van tijd in een relatie zit die hard lijkt op de emotionele omgeving waarin je vroeger thuis deel van hebt uitgemaakt. Er zit echter ook iets teleologisch onder. Anders zou dat erg negatief zijn. Je probeert ook iets te herstellen omdat je daar nu de kracht en de macht voor hebt. Die heb je niet als je in een ouder-kind relatie zit. Dat herstellen probeer je samen met je partner te doen, door alsnog hard te proberen een invulling te krijgen voor de behoeftes waarvoor er weinig of geen aandacht was of waarop je afgewezen werd.
De clou zit dus eigenlijk altijd in datgene wat we niet tonen. Dat is het interessante. Je kunt heel hard vallen voor alles wat je ziet. Eigenlijk moet je eens nadenken: wat toon jij mij niet? En wat toon ik zelf niet. Velen weten dat ook niet. Het is ontstellend hoe weinig voeling mensen hebben met hun eigen diepe behoeftes. Ze weten heel goed wat een partner voor hen moet zijn. Dat komt vanuit een concept van wat de ideale partner is, maar zonder raakvlak met de echte behoeftes.
Bedoel je hier het opmaken van checklists?
Ik krijg dagelijks te maken met lijstjes met verwachtingen. Dit zijn echter geen echte verlangens. Hij of zij moet vanuit zijn verschijning of gedrag mijn ideaalbeeld van een man of vrouw invullen. Dat is inderdaad het checklistdaten. Ik herinner me het verhaal van de vrouw die volledig afknapte op het feit dat de voorgestelde date in zijn profiel aangaf Werchter te bezoeken, terwijl zijzelf aan Tomorrowland verslingerd is. Hoe we dat over het hoofd konden hebben gezien! Dat kon toch nooit klikken! Ik heb daarover met haar een gesprek gehad. Dan merk je dat wat daaronder zit, ten eerste de angst is om zich te moeten aanpassen en ten tweede die voor de afwijzing. Het feit dat hij naar Werchter gaat is een afwijzing van mijn voorkeur, dus van mijzelf. Je ziet dat ook bij mensen die zeer ecologisch zijn, of een bepaalde maatschappelijke overtuiging aanhangen. Hun identiteit valt als het ware samen met die ‘vlag". Het feit dat de andere niet voor die vlag kiest, of ze nuanceert, wordt ervaren als de totale afwijzing van hun identiteit, van wie ze zijn.
Hoe ben jij op dit punt in je leven gekomen en hoe verklaar je het succes dat je geniet?
Ik heb nooit grote plannen gesmeed, maar als ik iets doe, is het wel met volle overgave. Ondanks dat is het wel zo dat mensen mijn terrein zijn. Ik ben een mensenmens, een enorme observator. Door de veelheid van verhalen die ik al gelezen heb, doorzie ik de dingen ook snel, kan snel puzzels leggen. Ik doe reeds vijfentwintig jaar niets anders dan met mensen aan een tafel zitten en praten over hun leven, hun liefdesleven. Daarnaast denk ik dat ik geboren ben om zelfstandig te werken. Ik ben maar een jaar in loondienst geweest. Dat ondernemerschap heeft me nooit beangstigd. Mijn man Mark en ik hadden niets te verliezen en we zijn gesprongen. Soms denk ik wel eens aan de levens die ik niet geleid heb. Niet uit spijt, maar ik wou dat ik mezelf in vijf kon klonen. Eens zien wat ik in een andere wereld zou hebben gedaan.
Je bent zowel germanist als seksuoloog, geen evidente combinatie.
Tot op vandaag vind ik van mezelf dat ik veel meer germanist ben, dan seksuoloog. Verleden week had ik een dubbelgesprek met Esther Perel (een internationaal vermaarde relatietherapeut, die onlang in Zomergasten zat). Haar traject bleek zeer gelijkaardig. Zij studeerde theater en Romaanse filologie en verdiepte zich pas naderhand in de systeemtherapie. Taal is een heel belangrijk gegeven in het contact met mensen. Ik heb dus minstens zoveel aan de talenopleiding als aan de opleiding seksuologie. Het uitdrukken, het vinden van de juiste beelden, de metaforen. Het samenkomen van die twee opleidingen ervaar ik als een zeer krachtige combinatie.
Lees je zelf veel?
Met kerstmis in het eerste studiejaar, veel vroeger gaat niet denk ik, ben ik beginnen lezen en ik ben niet meer gestopt. Ik lees ook nu nog vrij veel. Deze vakantie had ik Mannen zonder vrouw mee van Murakami. Ik word door dit soort verhalen meer gevoed dan door het lezen van vakliteratuur. In een van de verhalen komt een charmante man voor die steeds relaties heeft met getrouwde vrouwen. Na twee of drie jaar worden deze vrouwen elegant afgeserveerd. Dit loopt prima, tot hij rond zijn vijftigste catastrofaal verliefd wordt en zelf wordt afgewezen. Het is de eerste keer dat hij zich op het diepste niveau van zijn hechtingsbehoeftes met iemand verbonden heeft en zich volledig kwetsbaar heeft getoond. Dat blijkt dodelijk. Hij stopt met eten en sterft. Murakami noemt datgene wat zo diep bij hem geraakt wordt, een onafhankelijk orgaan. Iets waar je geen controle over hebt en dat essentieel is in het menselijke van iemand. Dergelijk beeld kan geen enkel wetenschappelijk boek mij bieden. Zo is de literatuur een hele rijke bron voor mij.
Wat is de belangrijkste meerwaarde, de grootste component binnen je werk als therapeut en bemiddelaar?
Mensen komen uiteraard in eerste instantie omdat ze iemand willen leren kennen. Ze komen met de gekende lijstjes. Ik heb dit probleem. Ik betaal u, los dit op. Toch is er steeds meer sprake van een traject. We werken met mensen aan het actief verbreden van scenario"s en vooral het stimuleren van ontvankelijkheid. Vandaar ook de start van het boek. Ik heb niets tegen technologie als die goed gebruikt wordt. Maar mensen die al wat angstiger zijn, of de neiging hebben dingen te willen controleren, worden daardoor het slechte pad van de overdreven controle opgeholpen. Een aanzienlijke groep loopt daarin vast. Als je het gevoel hebt een Primark-trui van vijf euro te zijn, dan ga je manieren zoeken om jezelf te beschermen. Niemand wil het gevoel hebben inwisselbaar te zijn, wegswipebaar, zonder betekenis. Als de context onveilig aanvoelt, gaan mensen zich concentreren op het vermijden van afwijzing. Zij durven zich niet meer te tonen, durven niet meer vanuit overgave in contact gaan met anderen. Die angst proberen ze te controleren door lijstjes op te maken. Veel andere instrumenten zijn er niet.
Wij gebruiken uiteraard ook lijsten, maar de manier waarop mensen dergelijk lijstje invullen spreekt boekdelen. Bij sommigen wordt de lijst heel losjes ingevuld, de rest zien we wel, geen wet van Meden en Perzen. Bij anderen is het een half boekwerk. Dan is de uitdaging om de angst die speelt bespreekbaar te maken om te komen tot meer ontvankelijkheid. Dat werkt ook. Soms vinden mensen binnen het traject zelf geen partner, maar hebben zij toch geleerd om zich meer open te stellen en lukt het alsnog. Wij krijgen die feedback ook regelmatig. Dat ze iemand hebben ontmoet die helemaal niets wegheeft van het beeld dat ze voor ogen hadden tijdens het opstellen van "de checklist": niet de juiste lengte, niet de juiste leeftijd, toch scheve tanden, noem maar op. Met de mantra van het open opstellen voor ogen, is er heel wat mogelijk.
Wat bedoel je precies met de mantra van het openstellen?
Daten vanuit de mantra van het openstellen is eigenlijk een vorm van mindfulness. Je bent bezig met wat er zich aandient, met de ander, op een nieuwsgierige manier, in plaats van met wat de datingexperts je aanpraten. Je moet zolang in zijn ogen kijken, je moet je zus en zo kleden, dat moet je vragen, dat mag je niet zeggen. Mensen zijn aldus met zichzelf bezig. Als je echter op de ander gericht bent, ben je niet met jezelf bezig. En dan, pas dan bèn je jezelf, open, ontvankelijk en niets is aantrekkelijker dan dat.
Heb je zelf een evolutie moeten doormaken om dit boek te kunnen schrijven?
Het boek reflecteert zeker ook mijn persoonlijke evolutie, als bemiddelaar en als vrouw. In Blijf bij mij vertrekt alles nog heel sterk vanuit de analyse, het hoofd. Alleen met jou betrekt veel meer het gevoel. Die evolutie kwam er omdat ik merkte hoe analytisch en statisch mensen soms kijken met het denkkader rond hechting. De afgelopen zes jaar kreeg ik via lezingen, sociale media en uiteraard ook in mijn praktijk vaak te horen hoe ze hechting toch inzetten als een soort van diagnosestelling van zichzelf en hun relatie. Hechting is een heel dynamisch gegeven waarbij de centrale focus altijd weer het gevoel is, niet het hoofd. Tegelijkertijd merkte ik ook telkens dat net door de helderheid van dat denkkader, het feit dat mensen zich daarin herkennen, er ook ruimte was om naar dat gevoel te gaan. Ook in mijn persoonlijke ontwikkeling loopt dat als een rode draad. Zo ben ik toch lang vooral met inzicht en kennis bezig geweest, wat een gevoel van controle met zich meebrengt, minder met de onderliggende gevoelsbeleving. Door ouder te worden ervoer ik hoe langer hoe meer het vermogen en ook verlangen om veel meer ook vanuit dat gevoel het leven en anderen te benaderen. Een makkelijke weg vind ik dat zeker niet. Zo heb ik lang gedacht dat ik makkelijk en vanuit aanvaarding ouder zou worden, maar dat gaat me toch minder goed af dan gedacht. 50 worden is een muur geweest waartegen ik toch even hard aangeknald ben. Toen de datum gepasseerd was, bleek het geen issue meer. Het ging en gaat uiteraard over iets anders dan die 50: een evaluatie van alles wat geweest is, een kijk op wat komt, een groeiend bewustzijn dat de tijd die je hier nog uit mag zitten danig aan het slinken is. En vooral dat controle een illusie is.
Kinderen krijgen had op dat vlak een nog grotere impact. Ik denk dat kinderen krijgen een proces in gang zet om als vrouw bij je emoties en in je lichaam te geraken, bij je diepste hechtingsnoden. Het moederschap omschrijf ik als een bestemming. Ik ben niet het type moeder dat in extase is over mijn kinderen, ze vullen niet mijn volledige leven. Het moederschap is meer een deel van mezelf. Ik kan dat bijna niet uitleggen. Het wijzigen van het perspectief is enorm. De pretentie die ik jaren had. Hoe zij je vleugels knippen en je aan de grond houden, ervoor zorgen dat je niet met jezelf kan bezig zijn. Hoe dat je leert wat het precies is om ‘niet met jezelf bezig zijn". Je denkt: ik werk veel, dus ... maar nee! Dan ben je nog àltijd met jezelf bezig. Een les in bescheidenheid, is het moederschap.
Is het verstand dan niet meer belangrijk? En wat met de ziel?
We kunnen daar geen onderscheid in maken. We denken nog te veel van uit een tweedeling, lichaam tegenover geest. Dat is middeleeuws. Biologie, spiritualiteit, voor mij is er alleen de totaliteit van de mens. Er is geen keuze tussen hart of verstand. Een verstandige keuze is altijd gevoelsonderbouwd. Het gevoel ligt mee aan de basis van de beste inschatting, vanuit wat je observeert, ervaart, ervaart bij jezelf. Dat zie je ook bij een goed auteur, dat stroomt, dat is een geheel. Dat zie je ook bij de talrijke voorbeelden en de relatie-8 in het boek. Het is een dynamisch geheel. Daarom word ik zo boos als een of andere futuroloog komt vertellen dat we binnenkort allemaal een sensor dragen die zal bepalen of we een match voor elkaar zijn. Het zit veel complexer in elkaar dan we zelf vermoeden.
Zielsverlangens zijn dan weer die dingen waardoor jij je als mens op de diepst mogelijke manier voldaan voelt in je mens zijn. Dat is heel persoonlijk. Dat raakt aan de weerloosheid. Als je daar zit ben je in je mooiste staat van zijn. Dat kan niet altijd natuurlijk. We hebben onze schilden nodig. Anders moet je al
een soort Dalai Lama zijn. Dat hoeft niet. Maar als dat een keer geraakt wordt dan is er geen schild, ben ik weerloos en waarschijnlijk op mijn mooist.
Is het niet zo dat wanneer je die weerloosheid tot in het extreme toelaat, je toch weer onkwetsbaar wordt?
Een mens is nooit totaal onkwetsbaar. Het is heel zeldzaam om iemand te ontmoeten die extreem weerloos durft te zijn. Mijn groottante Jeanne was zo iemand. Als je kwam ging de poort open en was jij het belangrijkste op de hele wereld. Was het af met mijn lief, zat zij samen met mij te wenen in de ontmoet-
ingskamer. Ze had verlangens, maar geen verwachtingen. Ze was blij en dankbaar voor een mooi gesprek, maar vroeg niet wanneer je terugkwam. Misschien daarom dat we zo graag gingen. Ze was wellicht niet onkwetsbaar, maar haar ego was toch heel miniem. Ze had ook een ijzeren gezondheid en een grote mentale veerkracht. Dat helpt om naar dergelijke staat van onthechting te gaan. Ik verwijt echter niemand die zich als een slachtoffer in een hoekje terugtrekt voor een tijdje. Er is niets mis met wel boos te zijn. Niet iedereen kan zoals Christa Bracke of Marieke Vervoort met tegenslagen omgaan. Dat zijn ideaal-
beelden van menselijk functioneren die sommige mensen zeker inspireren en steun bieden, maar anderen een klein gevoel geven, omdat zij daar niet op die manier in slagen. Deze helden doen die dingen ook zelden alleen, er is ook altijd een context. Sommige mensen hebben heel vroeg al zo"n beschadigende din-
gen meegemaakt, dat je daarover niet zomaar kunt oordelen.
In het boek heb je het over de frisse kijk van het kind. Wat kunnen we daarvan leren?
We zijn allemaal geprogrammeerd. Dat toont de liefdes-8 mooi aan. Volwassenen zien al gauw vooral verschillen en tegenstellingen. Daarnaast denken we dat onze realiteit, dé realiteit is. Het is rijk om te leren zien dat dit niet de waarheid is. Dit aanvaarden is de basis van ontvankelijkheid, de frisse kijk, kijken alsof het de eerste keer is. Dat vergt focus. Dan wordt observeren heel mooi om te doen. Omgekeerd kan het niet meer kijken naar wat er werkelijk bij de ander is, tot erge vooroordelen leiden. Zo weigerde een vrouw een date met een man omdat hij op zijn facebookprofiel vermeldde dat hij ooit naar Thailand was geweest. Voor haar stond Thailand gelijk aan sekstoerisme. Hij was dus een sekstoerist. Er was geen weg rond. Ze weigerde de date. Toch jammer.
Je gebruikt in het boek ook de metafoor ‘ondernemerschap in de liefde". Een soort ondernemerschap zonder al te strak business plan wellicht?
Op een keer was ik betrokken in een brainstorm voor een startup. De ondernemers gaven aan dat ze ook nog een plan B hadden, een job voor het geval hun idee niets zou worden. De groep ondernemers rond te tafel zat al gauw met het hoofd te schudden. Zo werkt dat niet. Je moet je project zíjn. Als je er niet hon-
derd procent voor wil gaan, lukt het niet. Voor mij betekent ondernemerschap in de liefde, diezelfde instelling te hebben in relaties. Het is dikwijls zo voorwaardelijk, ook uit angst om voor naïef en onnozel door te gaan. Zeg maar eens: ik ben de vrouw van mijn leven tegen gekomen. Ik trouw met haar! Je zult veel wenkbrauwen omhoog zien gaan. Wacht maar eens af, zeggen de mensen, dat is niet meer van deze tijd, je zult wel nog anders piepen. Het toch doen betekent overgave, maar het is ook geloof in jezelf. We zijn allemaal competent in de liefde, alleen durven we vaak niet meer.
Er is nog een ander aspect. Ambitie in ondernemerschap gaan meestal over onszelf. In relaties daarentegen is de ambitie vaak voor de ander gereserveerd. Míjn lat ligt hoog, zeggen mensen dan, maar de lat ligt niet hoog voor henzelf, maar voor degene die ze gaan ontmoeten. Die gaat zijn of haar best mogen doen! Ik denk dat ik de vraag eens zal moeten invoeren: waarom denk jij een aantrekkelijke partner te kunnen zijn voor iemand? Dat is geen simpele vraag.
We definiëren dingen vaak als ‘geven", maar eigenlijk geven we dan wat we over hebben, wat gemakkelijk is, niet wat de ander gevraagd heeft, en niet wat de ander nodig heeft. De inspanningen die moeite kosten en die ik bij de ander bevraagd heb, daar zit de liefde. Het summum van liefde is iemand iets kunnen geven, alleen maar omdat de ander het gevraagd heeft. Daarbij help ik graag de misvatting de wereld uit dat wat je krijgt nadat je het hebt moeten vragen, niet liefdevol zou kunnen zijn.
Is het pleidooi voor de romantische liefde ook een pleidooi tegen de angst?
Het pleidooi voor de romantische liefde, is een pleidooi voor het leven. Waar angst heerst, kan geen leven zijn. Het snijdt ons af. Angst is af en toe goed, maar nu blokkeert het alles, het leven. We zijn vergeten dat we elkaar nodig hebben. Tot op zekere hoogte is het individu in staat om op zichzelf te leven. De mantra is het YOLO. Je moet er voor jezelf alles uithalen. Omdat het niet meer levensnoodzakelijk is om te verbinden
met anderen, doen we het minder en gaan we een stuk voorbij aan onze natuur. Ik heb daar ook geen oplossing voor. Van een Filippijnse vrouw heb ik daar wel veel over geleerd. In die overleefcultuur kent iedereen elkaar en lijkt iedereen verbonden en vriendelijk. Diensten aan elkaar lijken gratis maar eigenlijk
heeft iedereen ook schuld bij iedereen. Die schulden blijven soms jaren uitstaan, maar ooit worden die ingelost. Wij kunnen voor alles professionelen inschakelen, zij moeten zich aangenaam gedragen uit noodzaak. Dat brengt echter ook een vorm van geborgenheid met zich mee, die wij niet meer kennen. We
zijn nog maar goed dertig jaar bezig zoals we bezig zijn en zien al dat we op de grenzen van onze vrijheiddrang botsen. En dat is die angst. Een mens kan niet vrij zijn, we zijn verbonden. Moet je echt naar Azië gaan om te ontdekken dat alleen in een tent zitten niet zo plezant is? Investeren in relaties kost moeite en vrijheid afgeven, maar er komt wel een warmte en geborgenheid voor terug.
Wat brengt jou toekomst?
Als ik nu iets schrijf, denk ik dat het fictie wordt. Ik heb onlangs ook gezegd dat ik graag iets zou schrijven rond het thema mannen, maar voorlopig is mijn schrijfpijp dus wel uit. Uiteindelijk denk ik dat ik in het bejaardentehuis ook nog consultatie zal houden. Dat mijn deur zal openstaan. Ook daar zal ik nog altijd geïnteresseerd zijn in wie met wie onderweg is en als ze er eens willen over babbelen, ze komen maar af!
Deze website gebruikt cookies om de werking van de website te kunnen verbeteren. Lees hier meer over in het privacy & cookiestatement.
Ok, akkoord